veertien

• Geluid:  veertien    (hulp, bestand)
• IPA: / ˈvertin /; /ˈvɪːrtin/

• veer·tien

• van Middelnederlands viertien, als telwoord voor het eerst aangetroffen in het jaar 1220; samenstelling van  vier ht  en  tien ht  [1][2][3]

veertien

1. "14", het getal tussen dertien en vijftien, tien plus vier
   1. om een hoeveelheid aan te geven

1. 1. • De totale kosten bedragen veertien euro en zevendertig cent. 

   2. om een plaats in een volgorde aan te geven

1. 1. • Het juiste antwoord op opgave veertien is "42". 

• 14 (decimaal)
• 1110 (binair)
• E (hexadecimaal)
• XIV (Romeins)

• veertienen (oude verbogen vorm na sommige voorzetsels)
• geveertienen
• alle veertien

zelfstandig naamwoord samengesteld met "veertien" ht

• breeveertien
• veertienjarige
• veertiental
• veertienvoud

bijvoeglijk naamwoord samengesteld met "veertien" ht

• veertiendaags
• veertienjarig
• veertienvoudig

bijwoord

• veertienhoog
• veertienmaal
• veertienwerf

rangtelwoord

• veertiende, veertienden

hooftelwoorden samengesteld met "veertien" ht als linkerdeel

• veertien en een half
• veertienduizend
• veertienenhalf
• veertienhonderd

veertien v / m

1. dat wat in een (rang)ordening met 14 is aangeduid

1. • Het is weer de veertien die het niet doet, kunnen we die niet simpel vervangen? 

1. • Haar vijftiende verjaardag was een belangrijk moment, want haar leven werd heel anders toen ze de veertien eenmaal voorbij was. 

veertien mv

1. groep van 14 eenheden

1. • De veertien zijn natuurlijk blij, maar laten we ook denken aan het verdriet van de vier die zijn afgewezen. 

• Het woord veertien staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'veertien' herkend door:

• Zie Wikipedia voor meer informatie.

veertien

1. veertien; 4 + 10, in Arabische cijfers 14, in Romeinse cijfers XIV.

• geluid

veertien

1. veertien

veertien

1. veertien; 4 + 10, in Arabische cijfers 14, in Romeinse cijfers XIV.

• veerteihn
• vettain