achtentachtig

Nederlands

0088
achtentachtig,
op een abacus


Telwoord (nl)
0123456789
10111213141516171819
20212223242526272829
30313233343536373839
40414243444546474849
50515253545556575859
60616263646566676869
70717273747576777879
80818283848586878889
90919293949596979899
1002003004005006007008009001000
10610910121015101810211024102710301033
1036103910421045104810511054105710601063
1010010303103003
Uitspraak
Woordafbreking
  • acht·en·tach·tig
Woordherkomst en -opbouw

Hoofdtelwoord

achtentachtig

  1. "88", het getal tussen zevenentachtig en negenentachtig, tachtig plus acht
    1. om een hoeveelheid aan te geven
      • De totale kosten bedragen achtentachtig euro en zevendertig cent. 
    1. om een plaats in een volgorde aan te geven
      • Het juiste antwoord op opgave achtentachtig is "42". 
Schrijfwijzen
Afgeleide begrippen
  • achtentachtigen (oude verbogen vorm na sommige voorzetsels)

zelfstandig naamwoord samengesteld met "achtentachtig" ht

  • achtentachtigjarige
  • achtentachtigtal
  • achtentachtigvoud

bijvoeglijk naamwoord samengesteld met "achtentachtig" ht

  • achtentachtigjarig
  • achtentachtigvoudig

bijwoord

  • achtentachtigmaal

rangtelwoord

hooftelwoorden samengesteld met "achtentachtig" ht als linkerdeel

  • achtentachtig en een half
  • achtentachtigduizend
  • achtentachtigenhalf
  • achtentachtighonderd
hooftelwoorden samengesteld met "achtentachtig" ht als rechterdeel
  • achtendertighonderdachtentachtig
  • achtennegentighonderdachtentachtig
  • achtentachtighonderdachtentachtig
  • achtentwintighonderdachtentachtig
  • achtenveertighonderdachtentachtig
  • achtenvijftighonderdachtentachtig
  • achtenzestighonderdachtentachtig
  • achtenzeventighonderdachtentachtig
  • achtduizend achtentachtig
  • achthonderdachtentachtig
  • achttienhonderdachtentachtig
  • dertienhonderdachtentachtig
  • drieëndertighonderdachtentachtig
  • drieënnegentighonderdachtentachtig
  • drieëntachtighonderdachtentachtig
  • drieëntwintighonderdachtentachtig
  • drieënveertighonderdachtentachtig
  • drieënvijftighonderdachtentachtig
  • drieënzestighonderdachtentachtig
  • drieënzeventighonderdachtentachtig
  • drieduizend achtentachtig
  • driehonderdachtentachtig
  • duizend achtentachtig
  • eenendertighonderdachtentachtig
  • eenennegentighonderdachtentachtig
  • eenentachtighonderdachtentachtig
  • eenentwintighonderdachtentachtig
  • eenenveertighonderdachtentachtig
  • eenenvijftighonderdachtentachtig
  • eenenzestighonderdachtentachtig
  • eenenzeventighonderdachtentachtig
  • elfhonderdachtentachtig
  • honderdachtentachtig
  • negenendertighonderdachtentachtig
  • negenennegentighonderdachtentachtig
  • negenentachtighonderdachtentachtig
  • negenentwintighonderdachtentachtig
  • negenenveertighonderdachtentachtig
  • negenenvijftighonderdachtentachtig
  • negenenzestighonderdachtentachtig
  • negenenzeventighonderdachtentachtig
  • negenduizend achtentachtig
  • negenhonderdachtentachtig
  • negentienhonderdachtentachtig
  • twaalfhonderdachtentachtig
  • tweeëndertighonderdachtentachtig
  • tweeënnegentighonderdachtentachtig
  • tweeëntachtighonderdachtentachtig
  • tweeëntwintighonderdachtentachtig
  • tweeënveertighonderdachtentachtig
  • tweeënvijftighonderdachtentachtig
  • tweeënzestighonderdachtentachtig
  • tweeënzeventighonderdachtentachtig
  • tweeduizend achtentachtig
  • tweehonderdachtentachtig
  • veertienhonderdachtentachtig
  • vierendertighonderdachtentachtig
  • vierennegentighonderdachtentachtig
  • vierentachtighonderdachtentachtig
  • vierentwintighonderdachtentachtig
  • vierenveertighonderdachtentachtig
  • vierenvijftighonderdachtentachtig
  • vierenzestighonderdachtentachtig
  • vierenzeventighonderdachtentachtig
  • vierduizend achtentachtig
  • vierhonderdachtentachtig
  • vijfendertighonderdachtentachtig
  • vijfennegentighonderdachtentachtig
  • vijfentachtighonderdachtentachtig
  • vijfentwintighonderdachtentachtig
  • vijfenveertighonderdachtentachtig
  • vijfenvijftighonderdachtentachtig
  • vijfenzestighonderdachtentachtig
  • vijfenzeventighonderdachtentachtig
  • vijfduizend achtentachtig
  • vijfhonderdachtentachtig
  • vijftienhonderdachtentachtig
  • zesendertighonderdachtentachtig
  • zesennegentighonderdachtentachtig
  • zesentachtighonderdachtentachtig
  • zesentwintighonderdachtentachtig
  • zesenveertighonderdachtentachtig
  • zesenvijftighonderdachtentachtig
  • zesenzestighonderdachtentachtig
  • zesenzeventighonderdachtentachtig
  • zesduizend achtentachtig
  • zeshonderdachtentachtig
  • zestienhonderdachtentachtig
  • zevenendertighonderdachtentachtig
  • zevenennegentighonderdachtentachtig
  • zevenentachtighonderdachtentachtig
  • zevenentwintighonderdachtentachtig
  • zevenenveertighonderdachtentachtig
  • zevenenvijftighonderdachtentachtig
  • zevenenzestighonderdachtentachtig
  • zevenenzeventighonderdachtentachtig
  • zevenduizend achtentachtig
  • zevenhonderdachtentachtig
  • zeventienhonderdachtentachtig
Vertalingen
enkelvoud meervoud
naamwoord achtentachtig achtentachtigs
verkleinwoord achtentachtigje achtentachtigjes

Zelfstandig naamwoord

achtentachtig v / m

  1. dat wat in een (rang)ordening met 88 is aangeduid
    • Het is weer de achtentachtig die het niet doet, kunnen we die niet simpel vervangen? 
    • Haar negenentachtigste verjaardag was een belangrijk moment, want haar leven werd heel anders toen ze de achtentachtig eenmaal voorbij was. 

achtentachtig mv

  1. groep van 88 eenheden
    • De achtentachtig zijn natuurlijk blij, maar laten we ook denken aan het verdriet van de vier die zijn afgewezen. 

Gangbaarheid

  • Het woord achtentachtig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Meer informatie

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.