negentig

Nederlands

0090
negentig,
op een abacus


Telwoord (nl)
0123456789
10111213141516171819
20212223242526272829
30313233343536373839
40414243444546474849
50515253545556575859
60616263646566676869
70717273747576777879
80818283848586878889
90919293949596979899
1002003004005006007008009001000
10610910121015101810211024102710301033
1036103910421045104810511054105710601063
1010010303103003
Uitspraak
  • Geluid:  negentig    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈneɣə(n)təx/
    • (Noord-Nederland): /ˈne.χə(n).təχ/
    • (Vlaanderen, Brabant): /ˈne.ɣə(n).təx/
    • (Limburg): /ˈne.ɣə(n).tɪx/
Woordafbreking
  • ne·gen·tig
Woordherkomst en -opbouw

Hoofdtelwoord

negentig

  1. "90", het getal tussen negenentachtig en eenennegentig, negen maal tien
    1. om een hoeveelheid aan te geven
      • De totale kosten bedragen negentig euro en zevendertig cent. 
    1. om een plaats in een volgorde aan te geven
      • Het juiste antwoord op opgave negentig is "42". 
Schrijfwijzen
Afgeleide begrippen
  • negentigen (oude verbogen vorm na sommige voorzetsels)
  • genegentigen

zelfstandig naamwoord samengesteld met "negentig" ht

  • jarennegentigkapsel
  • negentiger
  • negentigjarige
  • negentigtal
  • negentigvoud

bijvoeglijk naamwoord samengesteld met "negentig" ht

  • negentigjarig
  • negentigvoudig

bijwoord

  • negentigmaal

rangtelwoord

hooftelwoorden samengesteld met "negentig" ht als linkerdeel

  • negentig en een half
  • negentigduizend
  • negentigenhalf
  • negentighonderd
hooftelwoorden samengesteld met "negentig" ht als rechterdeel
  • achtduizend negentig
  • achtennegentig
  • achtendertighonderdnegentig
  • achtennegentighonderdnegentig
  • achtentachtighonderdnegentig
  • achtentwintighonderdnegentig
  • achtenveertighonderdnegentig
  • achtenvijftighonderdnegentig
  • achtenzestighonderdnegentig
  • achtenzeventighonderdnegentig
  • achthonderdnegentig
  • achttienhonderdnegentig
  • dertienhonderdnegentig
  • drieduizend negentig
  • drieënnegentig
  • drieëndertighonderdnegentig
  • drieënnegentighonderdnegentig
  • drieëntachtighonderdnegentig
  • drieëntwintighonderdnegentig
  • drieënveertighonderdnegentig
  • drieënvijftighonderdnegentig
  • drieënzestighonderdnegentig
  • drieënzeventighonderdnegentig
  • driehonderdnegentig
  • duizend negentig
  • eenennegentig
  • eenendertighonderdnegentig
  • eenennegentighonderdnegentig
  • eenentachtighonderdnegentig
  • eenentwintighonderdnegentig
  • eenenveertighonderdnegentig
  • eenenvijftighonderdnegentig
  • eenenzestighonderdnegentig
  • eenenzeventighonderdnegentig
  • elfhonderdnegentig
  • honderdnegentig
  • negenduizend negentig
  • negenennegentig
  • negenendertighonderdnegentig
  • negenennegentighonderdnegentig
  • negenentachtighonderdnegentig
  • negenentwintighonderdnegentig
  • negenenveertighonderdnegentig
  • negenenvijftighonderdnegentig
  • negenenzestighonderdnegentig
  • negenenzeventighonderdnegentig
  • negenhonderdnegentig
  • negentienhonderdnegentig
  • twaalfhonderdnegentig
  • tweeduizend negentig
  • tweeënnegentig
  • tweeëndertighonderdnegentig
  • tweeënnegentighonderdnegentig
  • tweeëntachtighonderdnegentig
  • tweeëntwintighonderdnegentig
  • tweeënveertighonderdnegentig
  • tweeënvijftighonderdnegentig
  • tweeënzestighonderdnegentig
  • tweeënzeventighonderdnegentig
  • tweehonderdnegentig
  • veertienhonderdnegentig
  • vierduizend negentig
  • vierennegentig
  • vierendertighonderdnegentig
  • vierennegentighonderdnegentig
  • vierentachtighonderdnegentig
  • vierentwintighonderdnegentig
  • vierenveertighonderdnegentig
  • vierenvijftighonderdnegentig
  • vierenzestighonderdnegentig
  • vierenzeventighonderdnegentig
  • vierhonderdnegentig
  • vijfduizend negentig
  • vijfennegentig
  • vijfendertighonderdnegentig
  • vijfennegentighonderdnegentig
  • vijfentachtighonderdnegentig
  • vijfentwintighonderdnegentig
  • vijfenveertighonderdnegentig
  • vijfenvijftighonderdnegentig
  • vijfenzestighonderdnegentig
  • vijfenzeventighonderdnegentig
  • vijfhonderdnegentig
  • vijftienhonderdnegentig
  • zesduizend negentig
  • zesennegentig
  • zesendertighonderdnegentig
  • zesennegentighonderdnegentig
  • zesentachtighonderdnegentig
  • zesentwintighonderdnegentig
  • zesenveertighonderdnegentig
  • zesenvijftighonderdnegentig
  • zesenzestighonderdnegentig
  • zesenzeventighonderdnegentig
  • zeshonderdnegentig
  • zestienhonderdnegentig
  • zevenduizend negentig
  • zevenennegentig
  • zevenendertighonderdnegentig
  • zevenennegentighonderdnegentig
  • zevenentachtighonderdnegentig
  • zevenentwintighonderdnegentig
  • zevenenveertighonderdnegentig
  • zevenenvijftighonderdnegentig
  • zevenenzestighonderdnegentig
  • zevenenzeventighonderdnegentig
  • zevenhonderdnegentig
  • zeventienhonderdnegentig
Vertalingen
enkelvoud meervoud
naamwoord negentig negentigs
verkleinwoord negentigje negentigjes

Zelfstandig naamwoord

negentig v / m

  1. dat wat in een (rang)ordening met 90 is aangeduid
    • Het is weer de negentig die het niet doet, kunnen we die niet simpel vervangen? 
    • Haar eenennegentigste verjaardag was een belangrijk moment, want haar leven werd heel anders toen ze de negentig eenmaal voorbij was. 

negentig mv

  1. groep van 90 eenheden
    • De negentig zijn natuurlijk blij, maar laten we ook denken aan het verdriet van de vier die zijn afgewezen. 

Gangbaarheid

  • Het woord negentig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

Afrikaans

Uitspraak
  • geluid 
Telwoord (afr)
0
1 11 10 100 103
2 12 20 200 106
3 13 30 300 109
4 14 40 400
5 15 50 500
6 16 60 600
7 17 70 700
8 18 80 800
9 19 90 900

Hoofdtelwoord

negentig

  1. negentig
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.