biljoen

• Geluid:  biljoen    (hulp, bestand)

• bil·joen

• Leenwoord uit het Frans, als telwoord voor het eerst aangetroffen in 1591 [1]
• [2]

biljoen o

1. 1.000.000.000.000 ( = 10¹² ) [3]

1. • "Conflicten kosten de wereldbevolking in 2014 in totaal 12,7 biljoen euro" [4] 

1. • "Roken kost wereldeconomie bijna biljoen euro per jaar" [5] 

1. • Een biljoen bytes noemen we internationaal een terabyte en dat zijn 1000 gigabytes. 

1. • (28-december-2017) De rijken zijn dit jaar nog rijker geworden. Volgens een berekening van persbureau Bloomberg zijn de 500 rijkste mensen bij elkaar zo’n 1 biljoen dollar rijker (840 miljard euro). [6] 

1. • Wereldwijd worden er jaarlijks vijf biljoen plastic tassen geproduceerd: gezamenlijk een gebied dat twee keer zo groot als Frankrijk is. [7] 

• biljoenste

biljoen o

1. het getal 10¹²

1. • Het aantal mogelijke combinaties zal het biljoen niet te boven gaan. 

2. 10¹² eenheden of exemplaren

1. • De staatsschuld van de VS loopt in de biljoenen. 

2. (verouderd) afgekeurd muntgeld

• [3] biljoengoud

• Het woord biljoen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'biljoen' herkend door:

• Zie Wikipedia voor meer informatie.

biljoen

1. biljoen