rood
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: rood (hulp, bestand)
- IPA:
- (Noord-Nederland): /rot/
- (Vlaanderen, Brabant): /rot/
- (Limburg): /rod/
Woordafbreking
- rood
Woordherkomst en -opbouw
- In de betekenis van ‘kleurnaam’ voor het eerst aangetroffen in 1156 [1]
- Van het Oudnederlandse rōt[2]
[1] | enkelvoud | meervoud |
---|---|---|
naamwoord | rood | - |
verkleinwoord | - | - |
[2] | enkelvoud | meervoud |
---|---|---|
naamwoord | rood | roden |
verkleinwoord | roodje | roodjes |
Zelfstandig naamwoord
rood
- o (kleur) primaire kleur zoals die van licht met een golflengte tussen de ca. 620 en 740 nm
Hyponiemen
|
Afgeleide begrippen
|
Vertalingen
1. een primaire kleur zoals die van licht met een golflengte tussen de ca. 620 en 740 nm.
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | rood | roder, (rooier) | roodst |
verbogen | rode, (rooie) | rodere, (rooiere) | roodste |
partitief | roods | roders, (rooiers) | - |
Bijvoeglijk naamwoord
rood
- (kleur) de kleur rood hebbend
- Na dat geren zien jullie allemaal rood, maar Jan is wel het roodst.
Vertalingen
1. de kleur rood hebbend
Gangbaarheid
- Het woord rood staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'rood' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen. |
Verwijzingen
Kleuren in het Nederlands (nld) (de kleuren zijn slechts indicatief) (zie ook: RAL-kleuren)
Achterhoeks
Zelfstandig naamwoord
rood
Sallands
Zelfstandig naamwoord
rood
Twents
Zelfstandig naamwoord
rood
Veluws
Zelfstandig naamwoord
rood
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.