turkoois
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: turkoois (hulp, bestand)
- IPA:
- (Noord-Nederland): /tʏrˈko̝js/
- (Vlaanderen, Brabant, Limburg): /tʏrˈkojs/
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘blauwgroen’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1626 [1]
[3] | enkelvoud | meervoud |
---|---|---|
naamwoord | turkoois | turkooizen |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
turkoois
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen
1. een steen bestaande uit het mineraal turkoois
stellend | |
---|---|
onverbogen | turkoois |
verbogen | turkooizen |
Gangbaarheid
- Het woord turkoois staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'turkoois' herkend door:
90 % | van de Nederlanders; |
91 % | van de Vlamingen. |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Kleuren in het Nederlands (nld) (de kleuren zijn slechts indicatief) (zie ook: RAL-kleuren)
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.