morgenrood
Nederlands
Woordafbreking
- mor·gen·rood
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van morgen zn en rood zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | morgenrood | |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
morgenrood o [1]
- de rode lucht bij zonsopgang
- Morgenrood, water in de sloot, luidt een oude weerspreuk. Dat zou betekenen dat we in de regio op korte termijn te maken krijgen met neerslag. Een blik op de weerkaart lijkt de zegswijze te bevestigen. Of er ook sprake zal zijn van winterse neerslag, moet nog blijken. Weerman Johan Effing, van weerstationlosser.nl, verwacht 'wat kwakkelweer'. [2]
- (figuurlijk) de goede toekomst
- Zo werd de Magnum de Che Guevara in een guerrilla die volwassenen zou emanciperen door hen te infantiliseren. Kinderlijkheid als de ultieme vorm van maatschappijkritiek en subversie! Eens ze zich kommerloos op een ijsje op een stokje konden trakteren, zonder voor een zonderling of weer zo’n vieze kinderlokker te worden versleten, lag het lichtend pad naar de vrijheid en het nieuwe morgenrood helemaal open. [3]
Synoniemen
- ochtendrood
Verwante begrippen
Uitdrukkingen en gezegden
- morgenrood, water in de sloot
als er morgenrood is, komt er regen (een weerspreuk die volgens het KNMI onbetrouwbaar is)
Gangbaarheid
- Het woord morgenrood staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'morgenrood' herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
90 % | van de Vlamingen. |
Verwijzingen
- Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- Tubantia 14-01-2016
- de Standaard 30 JANUARI 2016 Marc Reynebeau
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.