zalm

Oncorhynchus tschawytscha, de koningszalm, een Pacifische zalmsoort

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  zalm    (hulp, bestand)
  • IPA:
    • (Noord-Nederland): /zɑɫm/
    • (Vlaanderen, Brabant, Limburg): /zɑlm/
Woordafbreking
  • zalm
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Latijn, in de betekenis van ‘beenvis’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1270 [1]
enkelvoud meervoud
naamwoord zalm zalmen
verkleinwoord zalmpje zalmpjes

Zelfstandig naamwoord

zalm m

  1. (voeding) (vissen) een verzamelnaam voor een aantal vissoorten van de Salmonidae-familie
  2. (kleur) een zachtrode kleur, die van zalmen
Synoniemen
Hyperoniemen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Uitdrukkingen en gezegden
  • Het neuse van de zalm.
het beste wat er is
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord zalm staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.