bol
Nederlands
![](../I/m/Wereldbol_3D_globe.jpg)
[2] wereldbol
Woordafbreking
- bol
Woordherkomst en -opbouw
- In de betekenis van ‘rond voorwerp’ voor het eerst aangetroffen in 1280 [1]
- In de betekenis van ‘rond’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1351 [1] [2] [3] [4] [5] [6]
- [6] Herkomst: Bargoens [7]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | bol | bollen |
verkleinwoord | bolletje | bolletjes |
Zelfstandig naamwoord
bol m
- (wiskunde) (o.a. stereometrie) driedimensionaal lichaam, begrensd door een gebogen oppervlak waarvan alle punten even ver verwijderd zijn van het middelpunt, sfeer
- min of meer rond voorwerp
- Bovenop de mast was een bol bevestigd, waarop je moest proberen te blijven staan.
- (biologie) bolvormig, vlezig, onderaards plantendeel in schubben of rokken opgehoopt waar gestopt in de grond een plant uit groeit, bloembol
- De bollen moesten in oktober in de grond geplaatst worden.
- (spreektaal) (informeel) een hoofd
- Hoe haal je het in je bol om die kast weg te geven!
- rond brood met bolle bovenkant
Hyponiemen
|
Afgeleide begrippen
|
Verwante begrippen
- [3]: een aai over je bol
- Onderstaande vertalingen dienen nagekeken te worden en omgezet in de bovenstaande tabellen. Nummers na de vertalingen komen niet noodzakelijk overeen met de opgegeven definities. Voor meer uitleg zie WikiWoordenboek:Hoe vertalingen nakijken.
Vertalingen
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | bol | boller | bolst |
verbogen | bolle | bollere | bolste |
partitief | bols | bollers | - |
Bijvoeglijk naamwoord
bol
- een glooiende uitstulping in een oppervlak vormend
- Bolle wangen.
Uitdrukkingen en gezegden
- (om een zeil) bol staan
Vertalingen
Werkwoord
vervoeging van |
---|
bollen |
bol
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bollen
- Ik bol.
- gebiedende wijs van bollen
- Bol!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bollen
- Bol je?
Gangbaarheid
- Het woord bol staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'bol' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen. |
Verwijzingen
- "bol" in: Sijs, N. van der Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen. 2e druk (2002) Veen, Amsterdam / Antwerpen; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- bol op website: Etymologiebank.nl
- bol op website: Etymologiebank.nl
- bol op website: Etymologiebank.nl
- bol op website: Etymologiebank.nl
- bol op website: Etymologiebank.nl
- Stichting Hebreeuwse en Jiddisje woorden in het Nederlands
Frans
Zelfstandig naamwoord
bol m
- «J’ai eu du bol, un peu plus et je ratais l’avion.»
- Ik heb gemazzeld, iets later en ik had het vliegtuig gemist.
- «J’ai eu du bol, un peu plus et je ratais l’avion.»
- «Pas de bol!»
- Da's pech hebben! [1]
- «Pas de bol!»
Noors
Uitspraak
- Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
- IPA: / buːl /
Woordafbreking
- bol
Woordherkomst en -opbouw
- [A]: Afkomstig van de Oudnoordse woorden bolr zn en bulr zn
- [B1-3]: Afkomstig van het Oudnoordse woord ból zn leger voor mensen en dieren
- [B4]: Afkomstig van het Noorse woord bole ww neuken
Naar frequentie | 40300 |
---|
[A] m |
enkelvoud | meervoud | ||
---|---|---|---|---|
onbepaald | bepaald | onbepaald | bepaald | |
nominatief | bol | bolen | boler | bolene |
genitief | bols | bokens | bolers | bolenes |
Zelfstandig naamwoord
[A] bol, m
- een lichaam zonder hoofd, armen en benen, torso
- het onderdeel van een kledingstuk voor [1]
- een boomstam zonder takken
Synoniemen
[B] o |
enkelvoud | meervoud | ||
---|---|---|---|---|
onbepaald | bepaald | onbepaald | bepaald | |
nominatief | bol | bolet | bol | bola bolene |
genitief | bols | bolets | bols | bolas bolenes |
Zelfstandig naamwoord
[B] bol, o
- een schuilplaats voor insecten en kleine dieren, nest
- (historisch) een stuk landbouwareaal van een bepaalde omvang dat een bepaald huurbedrag oplevert
- (streektaal) leger (voor mensen), slaapplaats
- (vulgair) bijslaap, geslachtsgemeenschap
Hyponiemen
- [1]: humlebol zn
- [1]: musebol zn
- [1]: ormebol zn
- [1]: vepsebol zn
- [2]: laupsbol zn
- [2]: mamatebol zn
- [2]: månedsmatsbol zn
Afgeleide begrippen
- [1]: bolig zn
- [1]: bosted zn
Uitdrukkingen en gezegden
- [B1]: stikke hånden inn i et vepsebol
zich in een wespennest steken (zich bemoeien met andermans controversiële zaken)
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.