kloot
Nederlands
Woordafbreking
- kloot
Zelfstandig naamwoord
Hyponiemen
- aardkloot, apenkloot, bromkloot, droogkloot, dufkloot, dwazekloot, jammerkloot, schijfkloot, wakerkloot, wantkloot, windwijzerkloot, zemelkloot
Afgeleide begrippen
- kloothannesen, kloothommel, klootjavaan, klootoog, klootschieten, klootschieter, klootschieting, klootspiraal, klootwijk, klootzak, klotenbijter, klotentrekker
Gangbaarheid
- Het woord kloot staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'kloot' herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen. |
Verwijzingen
- "kloot" in: Sijs, N. van der Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen. 2e druk (2002) Veen, Amsterdam / Antwerpen; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- kloot op website: Etymologiebank.nl
- Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.