heksenbol
![](../I/m/The_Ladies'_home_journal_(1948)_(14787774963).jpg)
Een heksenbol
(Ladies' Home Journal van 1948)
(Ladies' Home Journal van 1948)
Nederlands
Woordafbreking
- hek·sen·bol
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van heks en bol met het invoegsel -en-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | heksenbol | heksenbollen |
verkleinwoord | heksenbolletje | heksenbolletjes |
Zelfstandig naamwoord
heksenbol m
- dunne glazen bol waarvan men destijds dacht er de duivel mee te kunnen verjagen doordat deze, geschrokken bij de aanblik van zijn spiegelbeeld, op de vlucht zou slaan
Gangbaarheid
- Het woord 'heksenbol' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.