heksenbol

Een heksenbol
(Ladies' Home Journal van 1948)

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • hek·sen·bol
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord heksenbol heksenbollen
verkleinwoord heksenbolletje heksenbolletjes

Zelfstandig naamwoord

heksenbol m

  1. dunne glazen bol waarvan men destijds dacht er de duivel mee te kunnen verjagen doordat deze, geschrokken bij de aanblik van zijn spiegelbeeld, op de vlucht zou slaan

Gangbaarheid

  • Het woord 'heksenbol' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.