Kabinet-Drees II

Het kabinet-Drees II (ook bekend als Drees III)[1] was het Nederlandse kabinet van 2 september 1952 tot 13 oktober 1956. Het bestond uit de Partij van de Arbeid (PvdA), Katholieke Volkspartij (KVP), Anti-Revolutionaire Partij (ARP) en de Christelijk-Historische Unie (CHU) na de Tweede Kamerverkiezingen van 1952. Het centrum kabinet-Drees II was een meerderheidskabinet dat zowel in de Eerste Kamer en Tweede Kamer kon rekenen op een ruime meerderheid. Het kabinet-Drees II was een voortzetting van de rooms-rode coalitie.[2]

Kabinet-Drees II
Drees III
De bordesscène van de ministers van het kabinet-Drees II bij Paleis Soestdijk op 2 september 1952
CoalitiePvdA, KVP, ARP, CHU
Zeteltal TK30 + 30 + 12 + 9 = 81
Premierdr. W. (Willem) Drees
Beëdiging2 september 1952
Demissionair13 juni 1956
Ontslagdatum13 oktober 1956
VoorgangerDrees I
OpvolgerDrees III
Zetels in de Tweede Kamer
Overzicht kabinetten
Portaal    Politiek

Verloop

Het economische herstel zet geleidelijk door, waardoor de inkomens verder stijgen. Het kabinet zet verder in met het voortgegaan met de opbouw van de sociale zekerheid. Op 31 mei 1956 wordt door minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid Ko Suurhoff de Algemene Ouderdomswet (AOW) ingevoerd die de werking van het collectieve ouderdomspensioen in Nederland gaat regelen.

In februari 1953 wordt Nederland opgeschrikt door de Watersnood in Zuid-West Nederland. De ramp werd veroorzaakt door een zware stormvloed in combinatie met springtij, waarbij het water in de trechtervormige zuidelijke Noordzee tot extreme hoogte steeg. De ramp was aanleiding voor de ontwikkeling van sterk verbeterde kustverdediging met de bouw van uitgebreide stormvloedkeringen

Gedurende deze jaren ontstaan verder spanningen in het huwelijk van Koningin Juliana en prins Bernhard. De Commissie-Beel wordt vervolgens gecreëerd om de Greet Hofmans-affaire verder te onderzoeken en om een echtscheiding en constitutionele crisis proberen te voorkomen.

Personele wijzigingen

Op 1 oktober 1953 treedt staatssecretaris van Sociale Zaken en Volksgezondheid Piet Muntendam (PvdA) af omdat hij naar eigen zeggen niet kon aarden in de landelijke politiek.

Op 4 februari 1956 overleed minister van Justitie Leendert Donker (PvdA) op slechts 56–jarige leeftijd. Vicepremier en minister van Binnenlandse Zaken Louis Beel (KVP) neemt de functie waar tot en met 15 februari 1956 als Julius van Oven (PvdA), voorheen werkzaam als rector magnificus en hoogleraar Romeins recht op de Universiteit Leiden wordt beëdigd als minister van Justitie.

Op 18 juli 1956 overleed minister van Overzeese Rijksdelen Willem Kernkamp (CHU) na een lang ziektebed op zijn 57e verjaardag. Hij wordt diezelfde dag opgevolgd door minister van Oorlog en Marine Kees Staf (CHU), die de functie waarneemt tot het aantreden van Gerard Helders (CHU) in het nieuwe kabinet op 16 februari 1957.

Op 7 juli 1956 treedt vicepremier en minister van Binnenlandse Zaken Louis Beel (KVP) af, nadat hij is benoemd tot voorzitter van de Commissie-Beel die de Greet Hofmans-affaire moet onderzoeken. Hij wordt diezelfde dag opgevolgd door minister van Justitie Julius van Oven (PvdA), die de functie waarneemt tot het aantredne van Ko Suurhoff (PvdA) op 13 oktober 1956 als waarnemend minister van Binnenlandse Zaken in het nieuwe kabinet.

De ministers van het kabinet-Drees II vooraf aan de eerste ministerraadsvergadering in de Trêveszaal op 2 september 1952.
V.l.n.r. directeur-generaal van Rijkswaterstaat August Godfried Maris, minister van Verkeer en Waterstaat Jacob Algera en hoogleraar voor theoretische en experimentele hydraulica op de Technische Universiteit Delft Jo Thijsse tijdens de presentatie van de Deltacommissie op 21 februari 1953.
Minister van Financiën Johan van de Kieft overhandigt de miljoenennota in de Tweede Kamer op 20 september 1955.
Israëlische minister van Financiën Levi Eshkol (links) en minister van Financiën Johan van de Kieft op 10 mei 1956.

Ambtsbekleders

Ambtsbekleders Ministers / Ministerie Termijn Partij
dr.
W. (Willem) Drees

(1886–1988)
Minister-president /
Minister
Algemene Zaken 7 augustus 1948 –
22 december 1958
[3]
PvdA
mr.dr.
L.J.M. (Louis) Beel

(1902–1977)
Vicepremier Binnenlandse Zaken 2 september 1952 –
7 juli 1956
(afgetreden)
KVP
Minister 6 december 1951 –
7 juli 1956
[3]
(afgetreden)
mr.dr.
J.C. (Julius) van Oven

(1881–1963)
7 juli 1956 –
13 oktober 1956
(waarnemend)
PvdA
mr.
J.W. (Johan) Beyen

(1897–1976)
Minister Buitenlandse Zaken 2 september 1952 –
13 oktober 1956
O
J. (Jo) van de Kieft
(1884–1970)
Minister Financiën 2 september 1952 –
13 oktober 1956
PvdA
mr.
L.A. (Leendert) Donker

(1899–1956)
Minister Justitie 2 september 1952 –
4 februari 1956
(overleden)
PvdA
mr.dr.
L.J.M. (Louis) Beel

(1902–1977)
4 februari 1956 –
15 februari 1956
(waarnemend)
KVP
mr.dr.
J.C. (Julius) van Oven

(1881–1963)
15 februari 1956 –
13 oktober 1956
PvdA
dr.
J. (Jelle) Zijlstra

(1918–2001)
Minister Economische Zaken 2 september 1952 –
19 mei 1959
ARP
ir.
C. (Kees) Staf

(1905–1973)
Minister Oorlog 15 maart 1951 –
19 mei 1959
[3]
CHU
Marine
J.G. (Ko) Suurhoff
(1905–1967)
Minister Sociale Zaken en
Volksgezondheid
2 september 1952 –
22 december 1958
PvdA
mr.
J.M.L.Th. (Jo) Cals

(1914–1971)
Minister Onderwijs, Kunsten
en Wetenschappen
2 september 1952 –
24 juli 1963
KVP
mr.
J. (Jacob) Algera

(1902–1966)
Minister Verkeer en Waterstaat 2 september 1952 –
10 oktober 1958
ARP
dr.
S.L. (Sicco) Mansholt

(1908–1995)
Minister Landbouw, Visserij en
Voedselvoorziening
25 juni 1945 –
1 januari 1958
[3]
PvdA
ir.
H.B.J. (Herman) Witte

(1909–1973)
Minister Wederopbouw en
Volkshuisvesting
2 september 1952 –
19 mei 1959
KVP
mr.dr.
L.J.M. (Louis) Beel

(1902–1977)
Minister Maatschappelijk Werk 2 september 1952 –
9 september 1952
(waarnemend)
KVP
mr.
F.J.F.M. (Frans-Jozef)
van Thiel

(1906–1993)
9 september 1952 –
13 oktober 1956
KVP
mr.dr.
W.J.A. (Willem) Kernkamp

(1899–1956)
Minister Uniezaken en
Overzeese Rijksdelen
2 september 1952 –
1 januari 1953
CHU
Overzeese Rijksdelen 1 januari 1953 –
18 juli 1956
(overleden)
ir.
C. (Kees) Staf

(1905–1973)
18 juli 1956 –
16 februari 1957
(waarnemend)
CHU
Ambtsbekleders Minister / Portefeuille / Ministerie Termijn Partij
A.C. de Bruijn
(1887–1968)
Minister Publiekrechtelijke bedrijfsorganisatie

(Binnenlandse Zaken)
2 september 1952 –
13 oktober 1956
KVP
mr.dr.
J.M.A.H. (Joseph) Luns

(1911–2002)
Minister • Verenigde Naties Aangelegenheden
• Benelux Aangelegenheden
• Internationale Vervoer
Aangelegenheden

(Buitenlandse Zaken)
2 september 1952 –
13 oktober 1956
KVP
Ambtsbekleders Staatssecretarissen / Portefeuille / Ministerie Termijn Partij
mr.dr.
W.H. (Willem) van den Berge

(1905–1987)
Staatssecretaris • Fiscale Zaken
• Belastingdienst
• Agglomeratie Zaken
• Kansspelen
• Staatsloterij
• Muntwezen

(Financiën)
2 februari 1953 –
13 oktober 1956
O
dr.
G.M.J. (Gerard) Veldkamp

(1921–1990)
Staatssecretaris • Midden- en Kleinbedrijf
• Consumentenbeleid
• Toerisme

(Economische Zaken)
10 oktober 1952 –
17 juli 1961
KVP
mr.
F.J. (Ferdinand) Kranenburg

(1911–1994)
Staatssecretaris Koninklijke Landmacht
Koninklijke Luchtmacht

(Oorlog
1 juni 1951 –
1 juni 1958
[3]
PvdA
H.C.W. (Harry) Moorman
(1899–1971)
Koninklijke Marine

(Marine)
1 mei 1949 –
19 mei 1959
[3]
KVP
mr.dr.
A.A. (Aat) van Rhijn

(1892–1986)
Staatssecretaris • Sociale Zekerheid
• Arbeidsomstandigheden

(Sociale Zaken en
Volksgezondheid)
15 februari 1950 –
22 december 1958
[3]
PvdA
dr.
P. (Piet) Muntendam

(1901–1986)
• Volksgezondheid
• Jeugdbeleid
• Ouderenbeleid
• Gehandicaptenbeleid
• Medische Ethiek

(Sociale Zaken en
Volksgezondheid)
1 april 1950 –
1 oktober 1953
[3]
(afgetreden)
PvdA
dr.
A. (Anna) de Waal

(1906–1981)
Staatssecretaris • Algemeen Voortgezet Onderwijs
• Hoger Onderwijs
• Nijverheid Onderwijs

(Onderwijs, Kunsten
en Wetenschappen
)
2 februari 1953 –
16 maart 1957
KVP
Bron: Kabinet-Drees II Rijksoverheid.nl

Kabinetsformatie

Kabinetscrisis

De Tweede Kamer verwierp op 17 mei 1955 de ontwerp-Huurwet. Het kabinet bood daarop zijn ontslag aan.

Reden ontslagaanvraag

Einde van de parlementaire periode.

Noemenswaardigheden

  • Julius van Oven was met een leeftijd van 74 jaar en 76 dagen de oudste ambtsbekleder in de parlementaire geschiedenis aan het begin van zijn termijn.
  • Het leeftijdsverschil tussen de oudste bewindspersoon minister van Justitie Julius van Oven en de jongste ambtsbekleder staatssecretaris van Economische Zaken Gerard Veldkamp was maar liefst 39 jaar.
  • Vier ambtsbekleders van het kabinet; Drees, Beel, Zijlstra en Cals dienden ooit als minister-president en werden later benoemd tot minister van staat.
  • Het kabinet kende twee ministers voor Buitenlandse Zaken. Dit omdat enkele partijen geen katholiek wensten op die post, aangezien alle andere landen van de Europese Gemeenschap op dat moment ook een katholieke minister van buitenlandse zaken hadden. Men vreesde een te papistisch Europa. Hierom werd gekozen voor een constructie met twee ministers: de partijloze liberaal Johan Beyen en de KVP-politicus Joseph Luns. De laatste was een minister zonder portefeuille. De beide ministers konden niet goed met elkaar overweg, en de constructie met twee ministers op deze post werd na 1956 dan ook niet voortgezet.

Zie ook

Zie de categorie Cabinet Drees II van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.
This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.