my

Niet te verwarren met: му

Afrikaans

Uitspraak
  • geluid 
  enkelvoud meervoud
onderwerp voorwerp onderwerp voorwerp
1e persoon ekmyonsons
2e persoon
(informeel)
jyjoujullejulle
2e persoon
(formeel)
uuuu
3e persoon
(mannelijk)
hyhomhullehulle
3e persoon
(vrouwelijk)
syhaar
3e persoon
(onzijdig)
ditdit
Uitspraak
  • IPA: /məɪ̯/

Persoonlijk voornaamwoord

my

  1. mij


  enkelvoud meervoud
bijvoeglijk zelfstandig bijvoeglijk zelfstandig
1e persoon mymyneonsons s'n
2e persoon
(informeel)
joujounejul
julle
julle s'n
2e persoon
(formeel)
uu s'nuu s'n
3e persoon
(mannelijk)
sysynehul
hulle
hulle s'n
3e persoon
(vrouwelijk)
haarharehul
hulle
hulle s'n
3e persoon
(onzijdig)
sysynehul
hulle
hulle s'n
Achtergeplaatste vormen
ses'n

Bezittelijk voornaamwoord

my

  1. mijn



Engels

  enkelvoud meervoud
bijvoeglijk zelfstandig bijvoeglijk zelfstandig
1e persoon mymineourours
2e persoon
(archaïsch)
thythine--
2e persoon youryoursyouryours
3e persoon
(mannelijk)
hishistheirtheirs
3e persoon
(vrouwelijk)
herhers
3e persoon
(onzijdig)
itsits
Uitspraak

Bezittelijk voornaamwoord

my

  1. mijn



Fries

  enkelvoud meervoud
onderwerp voorwerp onderwerp voorwerp
1e persoon ikmywyús
2e persoon
fam.
dodyjimmejimme
2e persoon
beleefd
jojo
3e persoon
(mannelijk)
hyhimhja, syhar, harren
3e persoon
(vrouwelijk)
hja, syhar
3e persoon
(onzijdig)
itit

Persoonlijk voornaamwoord

my

  1. eerste persoon enkelvoud voorwerpsvorm: mij



Pools

enkelvoud meervoud
nom. / voc. jamy
accusatief mnie, mięnas
genitief mnienas
datief mnie, minam
locatief mnienas
instrumentalis mnąnami
Uitspraak
  • Geluid:  my    (hulp, bestand)
  • IPA: /'mɨ/
Woordafbreking
  • my

Persoonlijk voornaamwoord

my

  1. wij


Slowaaks

enkelvoud meervoud
nominatief jamy
genitief ma, mňanás
datief mne, minám
accusatief ma, mňanás
locatief mnenás
instrumentalis mnounami
Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
  • IPA: /ˈmi/ (West-Slowakije); /ˈmɨ/ (Oost-Slowakije)
Woordafbreking
  • my

Persoonlijk voornaamwoord

my

  1. wij


Tsjechisch

enkelvoud meervoud
nominatief lange vorm my
genitief korte vorm nás
lange vorm mne
na voorzetsel
datief korte vorm mi nám
lange vorm mně
na voorzetsel
accusatief korte vorm nás
lange vorm mne
na voorzetsel
vocatief lange vorm - -
locatief na voorzetsel mně nás
instrumentalis korte vorm mnou námi
lange vorm
na voorzetsel
Uitspraak
  • Geluid:  my    (hulp, bestand)
  • IPA: /mɪ/
Woordafbreking
  • my
Woordherkomst en -opbouw
  • Afgeleid van het Protoslavische *my

Persoonlijk voornaamwoord

my eerste persoon mv

  1. nominatief (onderwerp) wij; verwijst naar de groep mensen waar de spreker of schrijver bij hoort
  1. «Přišli jsme my i oni.»
    Wij en zij zijn gekomen.
Hyperoniemen
  • osobní zájmeno o
  • zájmeno o
Gelijkklinkende woorden
Verwante begrippen
  • náš

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.