Homohuwelijk

Het homohuwelijk is een huwelijk tussen twee personen van hetzelfde geslacht. Oorspronkelijk was een formeel huwelijk enkel mogelijk tussen twee personen van verschillend geslacht, maar sinds 2001 stellen geleidelijk aan steeds meer landen het huwelijk open voor personen van hetzelfde geslacht.

Erkenning van het homohuwelijk wereldwijd

 Homohuwelijk

 Gelegaliseerd, maar nog niet van kracht

 Geregistreerd partnerschap

 Beperkte rechten

 Homohuwelijk voltrokken in andere jurisdicties erkend

 Geen erkenning

*Beperkte erkenning holebikoppels in 40 Japanse steden en 2 prefecturen

Nederland legaliseerde in 2001 als eerste land ter wereld het homohuwelijk, in 2003 volgde België. Sindsdien is het homohuwelijk erkend door achtereenvolgens Spanje, Canada, Zuid-Afrika, Noorwegen, Zweden, Portugal, IJsland, Argentinië, Denemarken (later ook Groenland en de Faeröer), Brazilië, Frankrijk, Uruguay, Nieuw-Zeeland, Luxemburg, de Verenigde Staten, Ierland, Colombia, Finland, Malta, Duitsland, Australië, Oostenrijk, Taiwan, Ecuador en het Verenigd Koninkrijk. Eveneens erkennen 18 deelstaten in Mexico het homohuwelijk. Bovendien moet Costa Rica het huwelijk openstellen voor 26 mei 2020 na een uitspraak van het Hooggerechtshof.

Juridisch gezien bestaat het 'homohuwelijk' vaak niet. Als personen van gelijk geslacht met elkaar mogen trouwen, is dit dankzij de openstelling van het burgerlijk huwelijk voor paren van hetzelfde geslacht. Eveneens is het 'heterohuwelijk' geen apart juridisch concept. Elk huwelijk is gelijkwaardig, ongeacht het geslacht van de partners. In landen waar die openstelling niet plaatsvond, kunnen enkel paren van verschillend geslacht trouwen, ongeacht hun seksuele voorkeur. Soms is wel een geregistreerd partnerschap mogelijk, dat afhankelijk van de wetgeving, al dan niet minder rechten verschaft dan het huwelijk.

huwelijk van de Argentijnse zanger Carlos Morell
Huwelijk tussen twee vrouwen in Zuid-Afrika
Demonstratie voor het Amerikaanse Hooggerechtshof voorafgaand aan de uitspraak in de zaak Obergefell v. Hodges

Nationaal wettelijk erkend

Nederland (2001-)

Erkenning homohuwelijk in Europa

 Homohuwelijk

 Geregistreerd partnerschap

 Beperkte rechten

 Niet erkend

 Grondwettelijk verbod

Het Koninkrijk der Nederlanden bestaat uit vier constituerende landen: Nederland, Aruba, Curaçao en Sint Maarten. Sinds 1 april 2001 kunnen holebi's in Nederland met elkaar trouwen. Nederland stelde als eerste land ter wereld het huwelijk open.[1] Toenmalig Amsterdams burgemeester Job Cohen voltrok het eerste homohuwelijk in de Stopera.[2] De Nederlandse wetgeving geldt niet in de drie andere landen van het koninkrijk.

Na hun staatkundige herindeling op 10 oktober 2010 en een overgangsperiode van twee jaar, stemden Bonaire, Sint-Eustatius en Saba (Caraïbisch Nederland) hun wetgeving af op de Nederlandse. Sinds eind 2012 is de nieuwe huwelijkswetgeving er van kracht en het homohuwelijk legaal.[3] De Tweede Kamer verzoekt de drie overige landen van het koninkrijk hun wetgeving aan te passen. Het homohuwelijk is er vooralsnog illegaal.[4]

België (2003)

België erkent het homohuwelijk op basis van de wet van 13 februari 2003 tot openstelling van het huwelijk voor personen van het hetzelfde geslacht sinds 1 juni 2003.[5] Deze omvat dezelfde rechten en plichten als een huwelijk tussen personen van verschillend geslacht. Sinds 24 januari 2004 maakt een omzendbrief van minister Laurette Onkelinx een huwelijk met een partner uit een land dat het homohuwelijk niet erkent ook mogelijk.[6] Deze regeling is later ook bij wet bevestigd (Wetboek Internationaal Privaatrecht). Het eerste homohuwelijk in België vond op 6 juni 2003 plaats in Kapellen tussen twee vrouwen.[7] Sinds 18 mei 2006 kunnen holebi's in België ook adopteren.

Spanje (2005)

Spaans premier José Luis Rodríguez Zapatero bracht op 21 april 2005 de homohuwelijkswet voor het eerst naar het Congres. De senaat stemde tegen, maar een tweede stemming van het Congres op 30 juni 2005 herriep die beslissing en keurde de wet met 187 tegen 147 stemmen goed, ondanks protest van vooral de conservatieve PP en de Katholieke Kerk in Spanje. Hoewel de weerstand van PP sterk afzwakte, blijft de Katholieke Kerk het homohuwelijk afkeuren. De wet was een mijlpaal voor homorechten in Spanje, dat homoseksualiteit van 1954 tot 1979 verbood.[8] Op 3 juli kreeg de wet rechtskracht en op 11 juli 2005 trouwde in Spanje het eerste homokoppel in Tres Cantos in de provincie Madrid.[9][10]

Canada (2003-2005)

Wet C-38 legaliseerde het homohuwelijk in heel Canada en kreeg op 20 juli 2005 koninklijke bekrachtiging. De senaat keurde de destijds controversiële wet op 28 juni goed, met 158 stemmen voor en 133 tegen. Canada omarmde als vierde land het homohuwelijk. Eerder voerden Ontario en Brits-Columbia (2003), Quebec, Yukon, Manitoba, Nova Scotia, Saskatchewan en Newfoundland en Labrador (2004) en New Brunswick (2005) het homohuwelijk al in.[11] Toenmalig premier van Alberta, Ralph Klein, probeerde tevergeefs het homohuwelijk in Alberta tegen te houden. De Northwest Territories, Prins Edwardeiland en Nunavut stonden het vanaf 20 juli 2005 vrijwillig toe.[12][13]

Zuid-Afrika (2006)

Zuid-Afrika volgde in 2006 het arrest van het Constitutioneel Hof van Zuid-Afrika in de zaak Minister van Binnenlandse Zaken v. Fourie van 1 december 2005. Het Hof oordeelde unaniem dat het huwelijk zoals gedefinieerd in het Rooms-Hollands recht en de Huwelijkswet (1961) ongrondwettelijk is, omdat holebikoppels geen toegang hadden tot de status en voordelen van het burgerlijk huwelijk.[14] De rechters verwezen naar de Zuid-Afrikaanse grondwet, die discriminatie op basis van seksuele geaardheid expliciet verbiedt. Het Parlement van Zuid-Afrika kreeg 12 maanden om de wet te wijzigen.[15][16] Een ruime meerderheid (230 tegen 41) van de Nationale Vergadering stemde op 14 november 2006 in met de openstelling van het huwelijk. De Nationale Raad van de Provincies (36 stemmen voor, 11 tegen) volgde op 28 november 2006.[17][18] Op 30 november 2006 ondertekende vicepresident Phumzile Mlambo-Ngcuka de wet die het homohuwelijk toeliet, net voor de termijn die het Hof gesteld had verstreek.[19][20]

Noorwegen (2009)

In Noorwegen legaliseerde het parlement op 11 juni 2008 het homohuwelijk dat op 1 januari 2009 inging. In januari 2017 besloot de Noorse Lutherse Kerk om ook homohuwelijken te voltrekken.[21] Het geregistreerd partnerschap voor homostellen bestond al sinds 1993. Nu zowel het partnerschap als huwelijk mogelijk zijn, verkiezen partners van gelijk geslacht vooral het huwelijk.[22]

Zweden (2009)

Zweden legaliseerde het homohuwelijk op 1 mei 2009 en was daarmee het vijfde Europese land waar homokoppels konden trouwen. Het nam de wet aan met 226 stemmen voor en 22 tegen. Veel stellen in een geregistreerd partnerschap kozen ervoor om dit om te zetten in een huwelijk.[23]

Portugal (2010)

Na jaren van debat keurde het parlement in Portugal op 8 januari 2010 een wet goed die het homohuwelijk legaliseerde. De wet trad op 1 april 2010 in werking, maar zorgde voor een dispuut inzake het adoptierecht, aangezien dit niet was inbegrepen. Politieke partijen en organisaties gelieerd aan de Katholieke Kerk hadden dit verhinderd.[24] In februari 2016 echter vond de centrumlinkse regering van premier António Costa toch een meerderheid in het parlement om het adoptierecht te verbreden. De regering maakte adoptie voor holebi's prioritair en verwierp hiervoor zelfs een presidentieel veto.[25]

Premier Jóhanna Sigurðardóttir van IJsland en president Danilo Türk van Slovenië, beiden met hun vrouw

IJsland (2010)

Het Alding (IJslands parlement) keurde op 11 juni 2010 unaniem de openstelling van het huwelijk voor paren van gelijk geslacht goed. De wet, die het huwelijk voortaan genderneutraal invult, ging in op 27 juni 2010. Op de dag van de legalisatie van het homohuwelijk, trouwde premier Jóhanna Sigurðardóttir met haar vriendin en trad zo als eerste regeringsleider ter wereld in een homohuwelijk.[26]

Argentinië (2010)

In Argentinië keurde de senaat het homohuwelijk goed op 14 juli 2010, nadat eerder de Kamer van Volksvertegenwoordigers groen licht gaf. De Argentijnse senatoren debatteerden veertien uur over de wetgeving, terwijl voor- en tegenstanders demonstreerden bij het parlement. Vooral de Katholieke Kerk en andere conservatieve organisaties protesteerden fel tegen de wetgeving. De centrumlinkse regering van Cristina Fernández de Kirchner en verschillende mediafiguren steunden het voorstel.

Denemarken (2012-2017)

Het Koninkrijk Denemarken bestaat uit drie constituerende landen (Denemarken, Groenland en de Faeröer) die elk zelfstandig bevoegd zijn over de huwelijkswetgeving op hun grondgebied. Sinds 15 juni 2012 staat Denemarken het homohuwelijk toe. De linkse regering van premier Helle Thorning-Schmidt voerde de wet in, maar deze geldt niet in de andere landen van het koninkrijk.

Groenland (2016)

Groenland wilde het homohuwelijk in 2010 invoeren, maar besloot te wachten op Denemarken. Na enige vertraging door politieke strubbelingen, voerde de Groenlandse regering op 27 mei 2015 het homohuwelijk in.[27][28] De wet trad op 1 april 2016 in werking.[29]

Faeröer (2017)

Het parlement van de Faeröer stemde op 29 april 2016 voor de invoering van het homohuwelijk met 19 stemmen voor en 14 tegen en nam hiermee de Deense huwelijkswetgeving over, met als uitzondering dat de kerk van de Faeröer niet verplicht is homohuwelijken te sluiten.[30] Hoewel slechts een formaliteit, ratificeerde de Deense regering de nieuwe huwelijkswetgeving van de Faeröer op 3 mei 2017.[31] Sinds 1 juli 2017 kunnen partners van gelijk geslacht er ook daadwerkelijk trouwen.[32]

Brazilië (2012-2013)

In 2011 oordeelde het Federale Hooggerechtshof van Brazilië dat het huwelijk beperken tot heterokoppels ongrondwettelijk is en dat holebikoppels recht hebben op soortgelijke partnerschappen. Sindsdien werden in specifieke rechtszaken partnerschappen omgezet in huwelijken. Een aantal deelstaten van Brazilië wijzigden in 2012/2013 de huwelijksprocedure en stond vanaf dan ook huwelijken tussen personen van hetzelfde geslacht toe zonder tussenkomst van een rechter. Dit was het geval in het Federaal District en twaalf van de 26 deelstaten, namelijk Alagoas, Bahia, Ceará, Espírito Santo, Mato Grosso do Sul, Paraíba, Paraná, Piauí, Rondônia, Santa Catarina, São Paulo en Sergipe. Op 14 mei 2013 besliste de Nationale Raad voor Justitie (Conselho Nacional de Justiça) dat geen enkele ambtenaar mag weigeren een huwelijksakte te verlenen aan een koppel van hetzelfde geslacht, wat het homohuwelijk legaliseerde in heel het land.

Frankrijk (2013)

In 2011 verwierp Frankrijk een wetsvoorstel omtrent het homohuwelijk. Bij de presidentsverkiezingen in 2012 beloofde François Hollande een nieuw voorstel te steunen. Zijn Parti Socialiste behaalde een parlementaire meerderheid. De Nationale Vergadering keurde de wet goed op 12 februari 2013 en de Senaat op 12 april 2013. Op 23 april 2013 keurde de Nationale Vergadering de geamendeerde versie goed. Enkele conservatieve parlementsleden vroegen echter de Grondwettelijke Raad om de wet te controleren. Deze bleek volledig grondwettelijk, waarna president Hollande hem ondertekende. Op 29 mei trouwden de eerste twee mannen onder politiebeveiliging.[33] De Franse overzeese gebieden volgen de Franse huwelijkswetgeving, dus geldt het homohuwelijk ook in Mayotte, Réunion, Frans-Guyana, Guadeloupe, Martinique, Frans-Polynesië, Saint-Barthélemy, Saint-Pierre en Miquelon, Sint-Maarten, Wallis en Futuna, de Franse Zuidelijke en Antarctische Gebieden en Nieuw-Caledonië.[34][35]

Uruguay (2013)

In december 2012 keurde de Kamer van Afgevaardigden van Uruguay met ruime meerderheid (81 op 87 aanwezige parlementsleden) een wet goed betreffende de invoering van het homohuwelijk. De Senaat volgde op 3 april 2013 (23 tegen 8 stemmen) en de Kamer van Afgevaardigden keurde de geamendeerde versie van de Senaat goed op 10 april 2012.[36] De president gaf eerder al aan het wetsvoorstel te steunen en ondertekende op 3 mei de wet, die op 5 augustus in werking trad. Het eerste huwelijk vond dezelfde dag plaats in de hoofdstad Montevideo.[37]

Nieuw-Zeeland (2013-)

De Realm of New Zealand bestaat uit vier constituerende landen (Nieuw-Zeeland, Niue, Tokelau en de Cookeilanden) waarvan enkel Nieuw-Zeeland het homohuwelijk erkent. Na het geregistreerd partnerschap in 2005 kwam in mei 2012 een wetsvoorstel voor het homohuwelijk. Een eerste lezing in augustus 2012 kreeg 80 stemmen voor, 40 tegen. Bij de tweede en derde lezing op 13 maart 2013 en de eindstemming op 17 april 2013 stemden telkens 77 voor en 44 tegen. De gouverneur-generaal van Nieuw-Zeeland gaf koninklijke bekrachtiging op 19 april en op 19 augustus trad de wet in werking. Sinds de invoering van het homohuwelijk trouwden ook veel buitenlandse koppels in Nieuw-Zeeland. In 2016 traden 483 koppels van gelijk geslacht uit Nieuw-Zeeland in een huwelijk of geregistreerd partnerschap, tegenover 471 overzeese koppels, waarvan 58% uit Australië en 17% uit China kwam.[38][39]

De Luxemburgse premier X. Bettel

Luxemburg (2015)

De Luxemburgse regering wilde in 2009 het homohuwelijk legaliseren en diende in 2010 een wetsontwerp in, maar de regering viel en nieuwe verkiezingen in oktober 2013 vertraagde de behandeling ervan tot in 2014. Op 18 juni 2014 keurde de Kamer van Afgevaardigden het ontwerp goed met 56 stemmen voor en 4 tegen.[40] De wet trad op 1 januari 2015 in werking.[41] Op 15 mei 2015 trad premier Xavier Bettel als eerste EU-regeringsleider in een homohuwelijk.[42]

Verenigde Staten (2004-2015)

Het Witte Huis na de uitspraak in Obergefell v. Hodges

In de Verenigde Staten (VS) zijn de deelstaten bevoegd voor het huwelijk, niet de federale overheid. Burgerrechtenbewegingen voerden al in de jaren 70 campagne voor het homohuwelijk.[43] De federale overheid erkende oorspronkelijk enkel huwelijken tussen man en vrouw, door de Defense of Marriage Act (DOMA) van 1996. Huwelijken voltrokken op lokaal initiatief waren dus ongrondwettelijk. Op 26 juni 2013 verklaarde het Hooggerechtshof in de zaak United States v. Windsor echter sectie 3 van de DOMA ongrondwettelijk en zo alle huwelijken gelijkwaardig voor de federale overheid.[44]

Voor 26 juni 2015 erkenden 37 staten, Washington D.C. en het niet-onafhankelijke territorium Guam het homohuwelijk.[45][46] Daarnaast kenden diverse staten het geregistreerd partnerschap of andere wettelijke bescherming voor koppels van hetzelfde geslacht. Californië kent een bijzondere geschiedenis; in juni 2008 stelde het Hooggerechtshof van Californië dat het homohuwelijk legaal was, maar enkele maanden later werd het via Proposition 8 verboden in de grondwet van Californië. Een federale rechtbank verklaarde dit in 2010 strijdig met de federale grondwet. Het Hof van Beroep voor het 9e circuit bevestigde dit in 2012 evenals het federale Hooggerechtshof op 26 juni 2013. Dit legaliseerde het homohuwelijk weer in Californië.[47][48]

Op 26 juni 2015 oordeelde het Hooggerechtshof van de Verenigde Staten in de zaak Obergefell v. Hodges dat het veertiende amendement van de grondwet van de Verenigde Staten de overige dertien staten verplicht het homohuwelijk en huwelijken gesloten in andere jurisdicties te erkennen. Een meerderheid van vijf tegen vier rechters stelde de verzoekers in het gelijk.[49][50][51][52][53] Dit arrest legaliseerde het homohuwelijk in elke Amerikaanse staat.[54] Daarna voerden ook de meeste niet-onafhankelijke territoria van de VS het homohuwelijk in: de Noordelijke Marianen op 29 juni 2015[55], de Amerikaanse Maagdeneilanden op 9 juli 2015[56] en Puerto Rico op 13 juli 2015[57]. Amerikaans-Samoa erkent als enige niet-onafhankelijke territorium het homohuwelijk niet.[58]

Ierland (2015)

Op 22 mei 2015 stemde Ierland als eerste land per referendum over het homohuwelijk. Van de stemgerechtigden sprak circa 62% zich uit voor een grondwetswijziging.[59] Dit resulteerde op 16 november 2015 in de wet die het homohuwelijk legaliseerde.[60][61]

Colombia (2016)

Het Hooggerechtshof van Colombia stelde in juni 2011 dat het Congres binnen twee jaar met een oplossing moest komen omtrent partnerschappen tussen personen van hetzelfde geslacht. Toen deze termijn verstreek, volgde tweeënhalf jaar juridische onzekerheid. Sommigen oordeelden dat een homokoppel legaal kon trouwen, anderen stelden van niet. Het Hooggerechtshof oordeelde in 2016 dat huwelijken tussen personen van hetzelfde geslacht legaal zijn. Dit besluit ging in op 28 april 2016 en beëindigde de jarenlange onzekerheid rond het homohuwelijk.[62]

Finland (2017)

Finland introduceerde in 2002 het geregistreerd partnerschap. In 2014 steunden in een burgerinitiatief circa 160.000 kiesgerechtigde Finnen het legaliseren van het homohuwelijk. Dergelijke burgerinitiatieven vereisen minimaal 50.000 steunbetuigingen. Na het parlement keurde ook de president een wetsvoorstel in februari 2015 goed. De wet is per 1 maart 2017 van kracht. Dankzij het genderneutraal huwelijk mogen homokoppels ook kinderen adopteren en kunnen ze dezelfde achternaam dragen.[63]

Malta (2017)

Ondanks fel protest van de Katholieke Kerk in Malta stond het parlement op 14 april 2014 het geregistreerd partnerschap toe. Homokoppels kregen dezelfde rechten als heteroparen, inclusief adoptierechten, maar exclusief de term 'huwelijk'.[64] Volgend op de partnerschapswet van 2014, nam Malta op 12 juli 2017 met 66 stemmen voor en één stem tegen wetgeving aan die het huwelijk openstelt voor personen van hetzelfde geslacht. Edwin Vassallo van de centrumrechtse Partit Nazzjonalista stemde tegen. Premier Joseph Muscat maakte zijn verkiezingsbelofte waar om bij herverkiezing deze wet als eerste voor te leggen in het parlement. Malta legaliseerde als 12e EU-lidstaat en 23e land wereldwijd het homohuwelijk.[65][66] De wet trad op 1 september 2017 in werking.[67]

Duitsland (2017)

Duitsland debatteerde jarenlang over het homohuwelijk. De meeste politieke partijen waren voorstander, maar de coalitieregering geleid door CDU/CSU hield dit lang tegen.[68][69] De ommezwaai kwam er in juni 2017 toen bondskanselier Angela Merkel (CDU) in een interview zei dat een stemming over het homohuwelijk een gewetenskwestie is waarover elk parlementslid zelf mag beslissen.[70] Hierop dienden de SPD, Die Grünen en Die Linke meteen een wetsvoorstel in om het huwelijk open te stellen. Amper een week later nam de Bondsdag op 30 juni 2017 het wetsvoorstel aan met 393 stemmen voor, 226 tegen (waaronder Merkel zelf) en 4 onthoudingen.[71] Op 21 juli 2017 ondertekende president Frank-Walter Steinmeier de wet die sinds 1 oktober 2017 van kracht is.[72][73][74]

Australië (2017)

In augustus 2017 demonstreerden 20.000 mensen in Melbourne voor openstelling van het huwelijk. Australië was het laatste grote Engelstalige land waar holebi's niet konden trouwen. Eind 2017 organiseerde de regering een nationale peiling waarin de Australiërs zich uitspraken over het homohuwelijk. 79% van de stemgerechtigden bracht zijn stem uit en 61,6% van hen stemde vóór het homohuwelijk. Zoals eerder beloofd respecteerde de regering de uitkomst van de peiling en diende ze onmiddellijk een wetsvoorstel in dat premier Malcolm Turnbull nog voor eind 2017 door het parlement kreeg.[75] Op 7 december 2017 keurde een overgrote meerderheid van het parlement de wet goed.

Oostenrijk (2019)

In 2010 voerde Oostenrijk het geregistreerd partnerschap voor holebikoppels in. Een lesbisch koppel dat al een geregistreerd partnerschap had, stapte naar de rechter nadat Weense ambtenaren meermaals weigerden hen te trouwen. Het Constitutioneel Hof stelde in december 2017 dat er sprake was van discriminatie en gaf de regering een jaar om het huwelijk open te stellen. De coalitie van de uiterst rechtse FPÖ en de conservatieve ÖVP, beide tegenstanders van het homohuwelijk, ondernam geen initiatief, waardoor dit arrest automatisch in werking trad op 1 januari 2019.[76] Het huwelijk is echter enkel open voor homokoppels waarvan beide partners de nationaliteit hebben van een land dat het homohuwelijk openstelde, zoniet is het vooralsnog niet mogelijk om te trouwen.[77]

Taiwan (2019)

Taiwan legaliseerde op 17 mei 2019 als eerste Aziatische land het homohuwelijk. De wet ging in op 24 mei 2019, twee jaar na de uitspraak van het Hooggerechtshof van Taiwan die de toenmalige huwelijkswetgeving ongrondwettelijk verklaarde en het parlement tot 24 mei 2019 de tijd gaf om het huwelijk open te stellen.[78] Het huwelijk is echter enkel open voor holebikoppels waarvan beide partners de nationaliteit hebben van een land dat het homohuwelijk erkent en adoptie is vooralsnog niet mogelijk.

Ecuador (2019)

In januari 2018 oordeelde het IACHR dat elk land dat de Amerikaanse Mensenrechtenconventie ondertekende en dus de jurisdictie van deze rechtbank erkent, het huwelijk moet openstellen voor holebi's. Echter, enkel Costa Rica ging op die uitspraak in. In enkele landen, waaronder Ecuador, boog het Hooggerechtshof zich over de kwestie. Een eerste stemming, met slechts acht opperrechters aanwezig, eindigde in een 4-4 stand. Op 12 juni 2019 stemden negen rechters (5-4) voor de openstelling van het huwelijk. Op 8 juli 2019 trad het vonnis in werking en konden holebi's er trouwen maar niet adopteren.[79]

Verenigd Koninkrijk (2013-2020)

Het Verenigd Koninkrijk bestaat uit vier constituerende landen (Engeland, Schotland, Wales en Noord-Ierland). Verder zijn er drie kroongebieden (het eiland Man in de Ierse Zee en de Kanaaleilanden (Jersey en Guernsey) en veertien Overzeese Territoria, die geen integraal deel zijn van het Verenigd Koninkrijk als Natiestaat. Elke entiteit is autonoom bevoegd over de huwelijkswetgeving, dus ook het homohuwelijk.

Constituerende landen

De vier constituerende landen erkennen het homohuwelijk.

De minister voor Vrouwen en Gelijkheden in Engeland en Wales diende januari 2013 een wet in die het homohuwelijk mogelijk maakte. Op 21 mei 2013 keurde het Lagerhuis de wet goed (366 voor, 161 tegen) en op 15 juli 2013 volgde het Hogerhuis.[80] De Marriage (Same Sex Couples) Act 2013 kreeg koninklijke bekrachtiging op 17 juli 2013 en trad op 29 maart 2014 in werking.[81][82]

De Schotse regering hield in 2011 een raadpleging over het homohuwelijk en kondigde op 25 juli 2012 hieromtrent wetgeving aan. Op 27 juni 2013 diende ze de Marriage and Civil Partnerships (Scotland) Bill in het Schots Parlement in en op 20 november stemde dit in met het ontwerp in eerste fase (98 voor, 15 tegen, 5 onthoudingen). Daarna besprak een commissie de wet en keurde het parlement ze goed (105 voor, 18 tegen) op 4 februari 2014. Kerken zijn vrij om homohuwelijken al dan niet te sluiten.[83] De wet kreeg koninklijke bekrachtiging op 12 maart 2014 en ging in op 16 december 2014.[84][85]

Noord-Ierland (NI) erkende tot 2020 enkel het geregistreerd partnerschap.[86] Het Noord-Ierse Sinn Fein (SF) diende meermaals wetsvoorstellen in voor het homohuwelijk tot de stemming van 2 november 2015 een parlementaire meerderheid opleverde. De conservatief-christelijke Democratic Unionist Party (DUP) blokkeerde de wetgeving echter via een petition of concern. SF weigerde sinds de verkiezingen van 2017 een regering te vormen zonder invoering van het homohuwelijk, waardoor het centrale parlement in Westminster sindsdien de lopende zaken van NI beheerde. Op 9 juli 2019 stemde dit voor het homohuwelijk in NI indien NI geen regering vormde voor 21 oktober 2019. Dit lukte niet en de Britse regering tekende op 19 december 2019 wetgeving die het huwelijk openstelde op 13 januari 2020.[87]

Brits Kroonbezit

In de drie Britse kroongebieden is het homohuwelijk legaal.

Het eiland Man voerde het homohuwelijk in op 22 juli 2016. Eerste minister, Allan Bell, verwelkomde de wet en sprak van een historisch moment. De wet breidde het geregistreerd partnerschap ook uit naar heterokoppels.[88] Het Baljuwschap Guernsey in Het Kanaal bestaat uit drie eilanden met autonome huwelijkswetgeving. Het hoofdeiland Guernsey stelde het huwelijk open op 2 mei 2017. Alderney stond op 13 december 2017 het homohuwelijk toe, de wet trad in op 14 juni 2018.[89] Sark stemde op 2 oktober 2019 als laatste Kroonbezit een motie ter openstelling van het huwelijk. Op 17 december 2019 keurde het dit goed, de Kroonraad bekrachtigde dit op 11 maart 2020 en de wet trad in op 23 april 2020.[90] Jersey, eveneens in Het Kanaal, wijzigde in september 2015 zijn wetgeving zodat holebi's er mogen trouwen. Het keurde de wet goed (43-1) op 1 februari 2018, op 1 juli 2018 trad ze in werking. Een amendement dat zou toestaan om homokoppels diensten te weigeren uit religieuze overtuiging, haalde het niet.[91][92]

Britse overzeese gebieden

Het homohuwelijk is legaal in negen van de veertien Britse Overzeese Territoria.

Sinds 3 juni 2014 kan militair personeel trouwen met iemand van hetzelfde geslacht op de overzeese militaire bases Akrotiri en Dhekelia (Cyprus) en het Brits Indische Oceaanterritorium.[93] Op 10 september 2016 vond het eerste homohuwelijk op een bases plaats op Dhekelia.[94] De onbewoonde overzeese gebieden Brits Antarctisch Territorium en Zuid-Georgia en de Zuidelijke Sandwicheilanden volgen de Britse huwelijkswetgeving van 2014 en erkennen zo het homohuwelijk.

De Pitcairneilanden stelden het huwelijk open op 15 mei 2015. Met slechts 54 inwoners, maar geen holebi's, is de wet eerder symbolisch. Ze creëert openheid en staat buitenlandse homokoppels toe er hun ja-woord te geven.[95] Ondanks fel debat stemde het parlement van Gibraltar unaniem voor het homohuwelijk op 15 december 2016.[96] De Falklandeilanden stemden op 30 maart 2017 om de huwelijkswet te hervormen en openden op 13 april 2017 het huwelijk en geregistreerd partnerschap voor zowel homo- als heterokoppels.[97][98] De drie eilanden van het overzeese gebied Sint-Helena, Ascension en Tristan da Cunha zijn autonoom inzake de huwelijkswetgeving. Ascension stelde op 1 januari 2017 het huwelijk open.[99] Tristan da Cunha amendeerde op 4 augustus 2017 deze verordening.[100] Op 20 december 2017 volgde het hoofdeiland Sint-Helena, waarmee het homohuwelijk legaal is in het hele overzeese gebied.

Bermuda is een complexe zaak. In 2016 verwierp het per referendum het homohuwelijk en samenlevingscontracten.[101] Hoewel de opkomst te laag was om geldig te zijn, accepteerde de regering het toch. Een koppel trok hierop naar het Hooggerechtshof van Bermuda, dat in mei 2017 oordeelde dat het huwelijk beperken tot heteroparen ingaat tegen de Mensenrechten. Op 5 mei 2017 stelde Bermuda het huwelijk open.[102] In juli 2017 verving de nieuwe regering de wet door het geregistreerd partnerschap. De senaat aanvaarde dit in december en in februari 2018 tekende de gouverneur van Bermuda de wet, wat het homohuwelijk afgeschafte vanaf 1 juni 2018. Echter op 6 juni verklaarde het grondwettelijk hof dit opnieuw nietig, maar schortte het vonnis tijdelijk op. De regering tekende beroep aan, maar het Hof verwierp dit op 23 november 2018, wat het homohuwelijk weer legaliseerde.[103] Hierop ging de regering in hoger beroep bij de Kroonraad, die een definitief besluit moet nemen.[104]

De vijf anderen staan het homohuwelijk niet toe: Anguilla, Britse Maagdeneilanden, Kaaimaneilanden, Turks- en Caicoseilanden en Montserrat.

Wettelijk erkend in deelstaten

Mexico (2010-)

Status van het homohuwelijk in Mexico per deelstaat

 Homohuwelijk

 Geregistreerd partnerschap

 Gelegaliseerd, maar nog niet van kracht

 Huwelijk voltrokken elders in Mexico erkend

Op 20 december 2009 stelde het Federaal District, Mexico-Stad, als eerste hoofdstad in het katholieke Latijns-Amerika, het huwelijk evenals adoptie open voor homokoppels. Nadat de wet in maart 2010 in werking trad, legaliseerden nog 18 van de 31 deelstaten van Mexico het homohuwelijk via wetgeving of gerechtelijke weg: Quintana Roo, Coahuila de Zaragoza, Chihuahua, Nayarit, Jalisco, Campeche, Colima, Michoacán de Ocampo, Morelos, Chiapas, Puebla, Baja California, Oaxaca, Nuevo León, Aguascalientes, Hidalgo, San Luis Potosí en Baja California Sur. De andere deelstaten voltrekken ook homohuwelijken, maar enkel na tussenkomst van een rechter. De staat Tlaxcala biedt het geregistreerd partnerschap aan. Tamaulipas en Sinaloa moesten het homohuwelijk in 2019 invoeren na een gerechtelijke uitspraak, echter Sinaloa verwierp deze uitspraak en ook in Tamaulipas verstreek de deadline op 12 augustus. Het gerechtelijk bevel om het homohuwelijk in te voeren blijft in beide deelstaten wel overeind. In enkele staten die het homohuwelijk nog niet legaliseerden, ligt een voorstel hiertoe op tafel. Op 18 december 2019 diende regeringspartij MORENA een constitutioneel amendement in dat, indien aangenomen, het huwelijk nationaal openstelt en de resterende deelstaten drie maanden de tijd geeft om hun wetgeving aan te passen.[105]

Toekomst

Costa Rica (voor 26 mei 2020)

Costa Rica erkent voor homokoppels enkel beperkte samenlevingscontracten. In 2016 vroeg de regering van president Luis Guillermo Solis het Inter-Amerikaans Hof voor de Rechten van de Mens (IACHR) of ze homohuwelijken moet erkennen en transgenders toestaan hun geslacht en naam aan te passen. Op 9 januari 2018 oordeelde het IACHR dat holebi- en transgenderrechten wettelijk gelijk moeten zijn aan die van hetero's, net als elke vorm van relatieregistratie, inclusief het huwelijk. Op 8 augustus 2018 oordeelde het Hooggerechtshof van Costa Rica dat de regering de uitspraak van het IACHR voor 26 mei 2020 moet omzetten in wetgeving, anders gebeurt dit automatisch.[106]

Wetsontwerpen en rechtspraak

Andorra

In Andorra is sinds 2014 het geregistreerd partnerschap beschikbaar met dezelfde rechten als het huwelijk inclusief adoptie. Op 10 maart 2020 dienden de regerende coalitiepartijen een wetsontwerp in om ook het verschil in benaming weg te werken en dus een volwaardig homohuwelijk in te voeren in de dwergstaat. Het debat hierover in de algemene raad zal de volgende twee maanden plaatsvinden. [107]

Tsjechië

Tsjechië voerde op 26 januari 2006 het geregistreerd partnerschap in. Toenmalig president Václav Klaus sprak zijn veto uit tegen de wet. Op 15 maart 2006 herriep het Lagerhuis dit veto met een absolute meerderheid en op 1 juli 2006 trad de wet in werking.[108][109][110] Sinds oktober 2016 mogen koppels in een geregistreerd partnerschap elkaars kinderen adopteren.[111] Het Duitse homohuwelijk stimuleert de campagnes in Tsjechië.[112] In juni 2018 dienden 46 parlementsleden een wetsvoorstel in om het homohuwelijk in Tsjechië te legaliseren. Op 22 juni 2018 gaf de regering aan dit voorstel te steunen. Dit vergt nog wel goedkeuring van het parlement en de senaat en de president moet het onderschrijven. De stemming over het wetsvoorstel stond al meermaals op de agenda, maar is telkens uitgesteld.

Zwitserland

Zwitserland heeft een zeer trage legislatieve besluitvorming. In 2015 nam de Grünliberale Partei (Verts Libéraux) een parlementair initiatief om het huwelijk open te stellen. Dit als reactie op het voorstel van de Christendemocratische Volkspartij (CVP) om samenwonenden dezelfde belastingvoordelen te geven als echtparen, maar wel het huwelijk in de grondwet te verankeren als unie tussen man en vrouw. In 2015 keurden de rechtscommissies van de Nationale Raad en de Kantonsraad het initiatief goed.[113][114] De Bondsvergadering stelde in 2017 de beslistermijn voor het homohuwelijk twee jaar uit.[115] Op 24 februari 2019 keurde de Nationale Raad het initiatief definitief goed en startte een consultatieronde bij de Zwitserse partijen, die allen aangaven voorstander te zijn van het homohuwelijk (uitgezonderd de CVP). De consultatieronde eindigde op 21 juni 2019 en, mits finale goedkeuring van de Federale Raad, zal het Parlement zich over de wetgeving beraden begin 2020. Mogelijk volgt daarop ook nog een referendum over de kwestie aangezien Zwitserland als directe democratie het volk vaak inspraak geeft in dit soort wetgeving. Het kan echter nog tot 2022 duren vooraleer de definitieve beslissing valt.

IACHR

In 2016 vroeg Costa Rica het Inter-Amerikaans Hof voor de Rechten van de Mens (IACHR) of het homohuwelijken moet erkennen en transgenders toestaan hun geslacht en naam aan te passen. Op 9 januari 2018 oordeelde het IACHR dat holebi- en transgenderrechten wettelijk gelijk moeten zijn aan die van hetero's, net als elke vorm van relatieregistratie, inclusief het huwelijk. De uitspraak is in principe bindend in elk land dat de Amerikaanse Mensenrechtenconventie ondertekende, zijnde Argentinië, Barbados, Bolivia, Brazilië, Chili, Colombia, Costa Rica, Dominicaanse Republiek, Ecuador, El Salvador, Guatemala, Haïti, Honduras, Mexico, Nicaragua, Panama, Paraguay, Peru, Suriname en Uruguay. Het IACHR beseft dat implementatie van de uitspraak in veel lidstaten gevoelig ligt, temeer omdat enkelen (vb. Barbados) homoseksualiteit bestraffen en raadt hen daarom aan de uitspraak te respecteren via tijdelijke decreten en deze later om te zetten in nationale wetgeving.[116][117] In Honduras, Panama, El Salvador en Peru lopen rechtszaken bij het Hooggerechtshof om de uitspraak van het IACHR te implementeren en om te zetten in nationale wetgeving.

Chili

In augustus 2017 diende toenmalig presidente van Chili, Michelle Bachelet van de Partido Socialista de Chile, een wetsvoorstel in in het Nationaal Congres voor openstelling van het huwelijk. De debatten hierover lopen nog steeds. Voorstanders hebben een krappe meerderheid in zowel Kamer van Afgevaardigden als senaat en voelen zich gesteund door de uitspraak van het IACHR begin 2018. Huidig president Sebastián Piñera en zijn regering zien het homohuwelijk echter niet als prioritair.[118] Toch plaatste de senaatsvoorzitter het thema in 2019 weer op de agenda. De senaat aanvaardde op 15 januari 2020 het voorstel (22 stemmen voor, 16 tegen en 1 onthouding) dat nu naar het huis van afgevaardigden moet voor de finale stemming.

Japan

In Japan dienden de oppositiepartijen CDP en de communistische partij op 3 juni 2019 gezamenlijk een wetsvoorstel in ter legalisatie van het homohuwelijk. De huidige Conservatief Liberaal Democratische regeringspartij is tegen het homohuwelijk, wat de kans op slagen beperkt. Echter, de komst van de Olympische spelen naar Tokio in 2020 is een extra stimulans. Sinds 2015 reiken steeds meer Japanse steden certificaten uit aan holebi koppels die voor minimale erkenning van hun relatie zorgen. De rechtskracht van deze certificaten is echter zeer beperkt en de centrale overheid erkent ze niet.[119]

This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.