Endemie (biogeografie)
Endemie of endemisme is het verschijnsel dat een soort (of een ander taxon, zoals geslacht of familie) van nature uitsluitend voorkomt in één geografisch afgegrensd gebied, zoals eilanden in de oceaan, geïsoleerde gebergten, meren of riviersystemen. Indien een soort enkel daar voorkomt, spreekt men van een endeem of van endemische soort. Endemisme is een biogeografisch begrip: het gaat om de geografische verspreidingsgebieden (areaal) van taxa.
Kosmopolieten zijn daarentegen soorten die verspreid zijn over een groot deel van de wereld; ze hebben een kosmopolitische verspreiding.
Endemie is een belangrijk verschijnsel in de biogeografie, omdat het endemisch zijn van een organisme impliceert dat dat organisme óf in zijn huidige verspreidingsgebied ontstaan is en zich nooit verder heeft verspreid, óf in zijn huidige verspreidingsgebied ontstaan is, zich ooit verder heeft verspreid maar zich door uitsterven elders weer tot zijn oorsprongsgebied heeft beperkt, óf elders is ontstaan en op het enige, huidige verspreidingsgebied na uitgestorven is.
De term endemisch moet niet verward worden met de term "inheems". Inheems in een bepaald gebied houdt slechts in dat de soort van nature – dat wil zeggen spontaan en zonder menselijke invloed – voorkomt.
Voorbeelden
- Lemuren op het eiland Madagaskar
- Bruijns boskalkoen (Aepypodius bruijnii), op het eiland Waigeo
- Dodo (Raphus cucullatus), een door de mens uitgeroeide vogel op Mauritius
- Molukse kerkuil (Tyto sororcula) op de Tanimbareilanden (Molukken)
- Civettictis civetta pauli in Djibouti
- Passiflora yucatanensis op Cozumel in Mexico
- Tetracheilostoma carlae op Barbados
- Cylindrus obtusus een landslakkensoort op enkele bergtoppen in de Oostenrijkse oostalpen.
- Zoetwaterkrokodil (Crocodylus johnsoni) en veel van de buideldieren in Australië.
- Ambuchanania leucobryoides, een verwante van de veenmossen op Tasmanië
Zie ook
- Disjunct verspreidingsgebied
- Kosmopolitische verspreiding
- Endemische dieren
- Endemische planten
Externe link
- (en) Juan J. Morrone in Systematic Biology: On the Identification of Areas of Endemism (1994)
Bijzondere plantkunde: | algologie · bryologie · dendrologie · fycologie · lichenologie · mycologie · pteridologie |
Paleobotanie: | archeobotanie · dendrochronologie · fossiele planten · gyttja · palynologie · pollenzone · varens · veen |
Plantenmorfologie & -anatomie: | beschrijvende plantkunde · adventief · apoplast · blad · bladgroenkorrel · bladstand · bloeiwijze · bloem · bloemkroon · boomkruin · celwand · chloroplast · collenchym · cortex · cuticula · eicel · epidermis · felleem · fellogeen · felloderm · fenologie · floëem · fytografie · gameet · gametofyt · groeivorm · haar · houtvat · huidmondje · hypodermis · intercellulair · intercellulaire ruimte · kelk · kroonblad · kurk · kurkcambium · kurkschors · levensduur · levensvorm · merg · meristeem · middenlamel · palissadeparenchym · parenchym · periderm · plantaardige cel · plastide · schors · sclereïde · sclerenchym · spermatozoïde · sponsparenchym · sporofyt · stam · steencel · stengel · stippel · symplast · tak · thallus · topmeristeem · trachee · tracheïde · tylose · vaatbundel · vacuole · vrucht · wortel · xyleem · zaad · zaadcel · zeefvat · zygote |
Plantenfysiologie: | ademhaling · bladzuigkracht · evapotranspiratie · fotoperiodiciteit · fotosynthese · fototropie · fytochemie · gaswisseling · geotropie · heliotropisme · nastie · plantenfysiologie · plantenhormoon · rubisco · stikstoffixatie · stratificatie · transpiratie · turgordruk · vernalisatie · winterhard · worteldruk |
Plantengeografie: | adventief · areaal · beschermingsstatus · bioom · endemisme · exoot · flora · floradistrict · floristiek · hoogtezonering · invasieve soort · Plantengeografie · status · stinsenplant · uitsterven · verspreidingsgebied |
Plantensystematiek: | taxonomie · botanische nomenclatuur · APG I-systeem · APG II-systeem · APG III-systeem · APG IV-systeem · algen · botanische naam · cladistiek · Cormophyta · cryptogamen · classificatie · embryophyta · endosymbiontentheorie · endosymbiose · evolutie · fanerogamen · fylogenie · generatiewisseling · groenwieren · hauwmossen · kernfasewisseling · korstmossen · kranswieren · landplanten · levenscyclus · levermossen · mossen · roodalgen · varens · zaadplanten · zeewier |
Vegetatiekunde & plantenoecologie: | abundantie · associatie · bedekking · biodiversiteit · biotoop · boomlaag · bos · Braun-Blanquet (methode) · broekbos · climaxvegetatie · clusteranalyse · concurrentie · constante soort · differentiërende soort · ecologische gradiënt · ecologische groep · Ellenberggetal · gemeenschapsgradiënt · grasland · heide · kensoort · kruidlaag · kwelder · minimumareaal · moeras · moslaag · ordinatie · pioniersoort · plantengemeenschap · potentieel natuurlijke vegetatie · presentie · regenwoud · relevé · ruigte · savanne · schor · steppe · struiklaag · struweel · successie · syntaxon · syntaxonomie · Tansley (methode) · toendra · tropisch regenwoud · trouw · veen · vegetatie · vegetatielaag · vegetatieopname · vegetatiestructuur · vegetatietype · vergrassing · verlanding |