Buurtspoorwegen van de provincie Antwerpen
De NMVB was georganiseerd in regionale groepen die een grote zelfstandigheid en eigen beleid hadden. Oorspronkelijk waren alle lijnen in de provincie geëxploiteerd door pachters die hun eigen lijnen, stelplaats en organisatie hadden. De NMVB heeft bij de overname van de concessies, de pachter organisatie niet veranderd. Hierdoor kent de NMVB in de provincie 3 groepen:
- Turnhout (Oostelijke lijnen)(AMDB)
- Merksem (Noordelijke lijnen in Antwerpen)(VA)
- Itegem (Lijnen naar Mechelen, Lier, Aarschot en de lijn naar Turnhout via Heist en Geel)(KSTM + VT)
Oorspronkelijk zijn bijna alle buurtspoorweglijnen in de provincie Antwerpen met kaapspoor (1067 mm) aangelegd. Deze spoorwijdte was gekozen in verband met de aansluiting met de tramlijnen in Zuid Nederland, waar kaapspoor werd gebruikt. De meeste lijnen waren tijdens de Eerste Wereldoorlog door de Duitse bezetter opgebroken. Deze lijnen worden dan metersporig opnieuw aangelegd. Vanaf 1919 worden de nog overblijvende lijnen omgespoord naar de standaard meterspoor[1].
Stad Antwerpen
In Antwerpen werden veel sporen gemeenschappelijk gebruikt met de Antwerpse stadstram, die ook op meterspoor reed. Hierdoor zijn er nog sporen, waar de NMVB reed, nog steeds in dienst. In 1935 werden alle NMVB-tramlijnen die tot dan toe aan de rand van de stad eindigden, doorgetrokken naar de centrale Victorieplaats (Na de oorlog Franklin Rooseveltplaats genoemd).
De oude eindpunten zijn:
- Klapdorp: Groep Merksem
- Zurenborg: Groep Turnhout
- Comedieplaats: Groep Itegem
De lijn van Klapdorp tot de Oude Barreel in Merksem was al geopend als een paardentramlijn, op 20 juli 1879, door de "Tramways du Nord d'Anvers". Deze lijn is op 15 juli 1887 door de NMVB overgenomen, die na versmalling van de spoorbreedte, van 1500 mm tot 1067 mm, met streektrams beperkt kon doorrijden tot in het hart van Antwerpen.[2] De paardentram heeft gereden tot in september 1908. Het eindpunt van Zurenborg was binnen de vestingsmuren en langs spoorlijn zoals te zien op deze kaart.
Geëlektrificeerde lijnen rond Antwerpen
De lijnen worden vermeld in grofweg de wijzerzin volgorde rond Antwerpen. (Paars gekleurd op de kaart). De vermelde lijnnummers zijn de laatst gebruikte lijnnummer voor het volledig traject. Deze lijnnummers zijn in 1937 ingevoerd. Voorheen werden er letters gebruikt voor de lijnaanduiding.
( ) = Gemeenschappelijk met andere lijnen.
- 77 Antwerpen – Luchtbal – Wilmarsdonk – Oorderen – Blauwhoef – Berendrecht – Zandvliet – Ossendrecht (Kabeljouw). Daar kon overgestapt worden op de ABT tram om verder te reizen naar Bergen op Zoom. Vanaf 1940 is de grensoverschrijdende lijn opgeheven en werd de overstap verlegd naar Zandvliet (Tol).[3]
- 75 (Antwerpen – Luchtbal) – Ekeren – Hoevenen (Leugenberg) – Stabroek – Blauwhoef – Lillo
- 73 (Antwerpen – Wilmarsdonk) – Kruisschans (bij de haven)
- 72 (Antwerpen – Hoevenen) – Kapellen – Putte
- 64 Antwerpen – Merksem (Oude Barreel, Kleine Barreel) – Brasschaat – Driehoek – Maria-ter-Heide – Gooreind – Wuustwezel – Braken - grens, met aansluiting naar Breda in Nederland met de ZNSM. Er was voor de oorlog een uitbreiding naar Loenhout gepland maar die is er nooit gekomen. Tot Brasschaat Polygoon Maria-ter-Heide was dit lijn 63.
- 65 (Antwerpen – Merksem (Kleine Barreel)) – Sint-Mariaburg (Hoogboom) – Kapellen
- 61 (Antwerpen – Merksem (Oude Barreel)) – Schoten (Markt, Vaart) – Schotenhof – 's-Gravenwezel
- (Er is meer info over de tramlijnen in Merksem)
- 41 Antwerpen – Turnhoutse Poort (Antwerpen) – Wijnegem – Schilde – Sint-Antonius – Westmalle – Oostmalle – Vlimmeren – Vosselaar – Turnhout (Deze lijn heeft exprestrams gekend die niet overal stopten. Deze lijn is nog tijdens de oorlog in 1941 geëlektrificeerd om aan de grote vervoersvraag tijdens de oorlog te voldoen.). Tot Oostmalle was dit lijn 40.
- 42 (Antwerpen – Stenen Brug) – Wommelgem – Ranst – Broechem – Emblem – Lier
- 52 Antwerpen (Noorderplaats) – Kiel – Wilrijk – Aartselaar – Boom – Terhagen – Rumst – Steenweg Waarloos – Walem – Mechelen
- 53 (Rumst – Steenweg Waarloos) (nu de N1 weg) – Duffel – Boomlaar – Lier
- 54 (Antwerpen) – Aartselaar (dorp) – Station Reet (Spoorlijn 61) – Reet (dorp) – Rumst
Geëlektrificeerde lijnen rond Mechelen
- H Mechelen – Pasbrug – Onze-Lieve-Vrouw-Waver – Putte – Beerzel – Heist-op-den-Berg (station, brug over het spoor, Berkenstraat, centrum dorp)
- M (Mechelen – Pasbrug) – Bonheiden – Rijmenam – Keerbergen – Haacht – verder naar Brussel (provincie Brabant)
Van de stadslijnen heeft alleen lijn 3 heeft een eigen baan:
- 1: Station – Waterloo (lijn 52)
- 2: Station – Pasbrug (lijnen H en M)
- 3: Station – Elzestraat
Lijn 1 en 3 zijn op 21 december 1952 opgeheven. Lijn 2 is op 28 december 1953 opgeheven. De streeklijnen 52, H, M bleven daarna nog rijden maar kwamen de binnenstad niet meer in en reden via de vestenlijn (langs de spoorweg) naar het station.
Niet geëlektrificeerde lijnen
De lijnen worden vermeld in grofweg de wijzerzin volgorde rond Antwerpen. (Groen gekleurd op de kaart; de nationale lijnnummers uit het spoorboek[4] worden gebruikt. Er worden alleen lijnnummers of letters gebruikt bij elektrische diensten)
( ) = Gemeenschappelijk met andere lijnen.
Voor de lijnen ten noorden van Oostmalle, ten westen van Turnhout en ten oost van de Bredabaan, (zie
- 262: Fort Brasschaat (militair domain, niet voor reizigers) – Brasschaat (Maria-ter-Heide) – Overbroek – Brecht (Sternhoven, station, dorp) – Sint-Lenaarts (dorp, kanaal) – Oostmalle – Heihuizen – Wechelderzande – Lille – Poederlee – Sassenhout – Herentals – Olen – Oevel – Tongerlo – Westerlo. in 1896 was de lijn Maria-ter-Heide – Brecht aangelegd als een zijlijn van lijn Antwerpen – Wuustwezel. Pas in 1907 is de lijn verder doorgetrokken naar Wechelderzande.
- 255 Oostmalle – Rijkevorsel (vaart, dorp, Gammel) – Hoogstraten (Elsbroeken, dorp, stelplaats). In Rijkevorsel (Vaart) is er aansluiting op de lijn 258 en 258bis. Tevens is daar een spooraansluiting naar een haven aan het Kempisch kanaal.[5]
- 259 Turnhout (Markt, spoorstation, stelplaats, kanaal brug 2) – Beerse (brug 4 aan de overkant van het kanaal) – Merksplas (Loest, Dorp, Kolonie) – Wortel – kolonie (de vier gebouwen) – Hoogstraten (dorp, stelplaats) – Minderhout – Voort – Meerle – Meersel – Nederlandse grens – Hazeldonk – Wishagen – Breedschot – Rijsbergen. Aan de Nederlandse kant was de lijn eigendom van de Belgische pachter AMDB. In 1921 is dit gedeelte van de lijn ook overgegaan naar de NMVB en omgespoord naar meterspoor met de rest van de lijn.
- 258 (Turnhout – Beerse (brug 4)) – Beerse (Cementfabriek, nu gehucht Sint-Jozef) – Rijkevorsel (Vaart) – Sint Lenaarts. Van Beerse tot Sint Lenaarts lag de lijn langs de noordoever van het Kempisch kanaal.
- 258bis (Turnhout – Merksplas (Kolonie)) – (Beerse (Cementfabriek) – Rijkevorsel (Vaart) – (Sint Lenaarts)). De verbinding Rijkevorsel (Vaart) – Merksplas (Kolonie) was al in 1895 aangelegd als zijtak van lijn 255, voor het gevangenenvervoer naar en bevoorrading van Merksplas Kolonie.
- 265 Turnhout – Oosthoven – brug kanaal –Ravels – Eel – Weelde (Zuidheikant) – Poppel (dorp) – grens, aansluiting naar Tilburg in Nederland met HB. (zie artikel: Tramlijn Tilburg - Poppel - Turnhout)
- 254 Turnhout – Oud Turnhout – Zwaneven – Retie – Dessel – Mol – Meerhout – Eindhout – Veerle – Averbode – Zichem
- 267 (Turnhout – Oud Turnhout – Zwaneven) – Arendonk – grens, aansluiting naar Eindhoven in Nederland met de TM.
- 284 Turnhout – Kasterlee – Ten Aard – Geel – Stelen – Oosterlo – Westerlo – Westmeerbeek – Booischot – Heist-op-den-Berg
- 275 Westerlo – Herselt – Aarschot. (
Tracé binnenkomst Aarschot) - 279 Heist-op-den-Berg – Itegem – Herenthout – Bouwel – Grobbendonk – Pulle – Pulderbos – Heikant – Zandhoven
- 250 Broechem – Massenhoven – Zandhoven – Heikant – Drengel – Zoersel – Oostmalle
- 253 Lier – Kruisstraat – Koningshooikt – Heikant – Putte – Schriek – Grootlo – Tremelo – Werchter
- 276 (Mechelen – Keerbergen) – Tremelo – Baal – Aarschot
Daarnaast was er enkel voor het goederenverkeer de lijn:
- IJskelder – Merksem kanaal Dit is een normaalspoorlijn die in 1967 wordt overgenomen door de NMBS.
Eerste/Laatste buurttram in de provincie Antwerpen
- Op 25 mei 1968 reden de laatste trams op de lijn 61: Van Antwerpen Rooseveltplaats tot Schotenhof (Lindelei) in Schoten. Drie weken eerder op 4 mei 1968 reed op de lijn 64, van Antwerpen Rooseveltplaats tot Prins Kavellei in Brasschaat, de laatste tram. De laatste niet-elektrische lijn is Turnhout – Mol, die op 12 november 1955 is gesloten voor reizigers.[6] De laatste goederentrein rijdt daar op 30 april 1958.
- De eerste buurtspoorlijn die op 15 augustus 1885 wordt geopend is van Antwerpen (Turnhoutse Poort) naar Wijnegem (vaart). Kort daarna, op 20 september 1885, is de rest van de lijn naar Oostmalle en Hoogstraten geopend.
- Ter gelegenheid van de Wereldtentoonstelling van 1885 en de oprichting van de Nationale Maatschappij van Buurtspoorwegen werd met een buurtspoorwegtram als demonstratie gereden op de Amerikalei.[7]
Afbraak spoornet
Al tijdens de Tweede Wereldoorlog zijn veel niet-geëlektrificeerde lijnen opgebroken. Al snel worden de overblijvende lijnen opgeheven en vanaf 1955 blijven er alleen de elektrische lijnen over.
Hoewel de elektrische lijn Rumst – Broechem omstreeks deze tijd wordt opgeheven (in 1945 tot Lier en in 1950 tot Broechem), wordt de lijn Maria-ter-Heide – Wuustwezel grens in 1951 als laatste lijn nog geëlektrificeerd. In 1949 wordt een nieuwe elektrische lijn tussen Keerbergen en Haacht geopend. Dit maakt een doorgaande dienst M tussen Mechelen en Brussel mogelijk en koppelt de elektrische spoornetten van Brabant en Antwerpen met elkaar. De doorgaande dienst wordt echter al op 1 juni 1957 opgeheven in verband met het opheffen van de lijn Mechelen – Keerbergen. Op 31 mei 1958 wordt ook de lijn Keerbergen – Haacht opgeheven.
Vanaf de eindjaren '50 en beginjaren '60 wordt ook het elektrisch spoornet afgebouwd. Dit was afhankelijk van de instroom van de vele nieuwe bussen, nodig om de trams te vervangen. Vaak reden de trams alleen nog maar in de spits. Om een lange tram met veel aanhangwagens te vervangen, heb je veel bussen nodig.
Stelplaatsen in de provincie Antwerpen
- Antwerpen (Zurenborg)
- Blauwhoef, Brasschaat (Polygoon)
- Heist-op-den-Berg (werkplaats stoomdienst), Herentals, Hoogstraten
- Lier
- Mechelen (Racing), Mol
- Merksem (Oude Barreel: werkplaats elektrische dienst)(IJskelder: werkplaats stoomdienst)
- Oostmalle
- Rumst
- Tremelo, Turnhout (werkplaats stoomdienst)
- Westerlo, Westmalle, Wuustwezel,
- Zandhoven, Zichem
Pachters
In augustus 1914 waren de lijnen geëxploiteerd door de volgende pachters:[8]
- AMDB: Antwerpsche Maatschappij voor den Dienst van Buurtspoorwegen
- KSTM: Kempische Stoomtram Maatschappij
- VA: Vicinaux Anversois
- VT: Vicinaux et Tramways
In de beginjaren 1920, wordt de exploitatie door de NMVB overgenomen.
Aansluitingen met het groot spoor in de provincie Antwerpen
Hier konden goederen overgeladen worden.
- Aarschot, Antwerpen (Kiel, Zurenborg)
- Bouwel
- Geel
- Heist-op-den-Berg
- Herentals
- Lier
- Mechelen (Nekkerspoel), Merksem (IJskelder), Mol
- Reet
- Turnhout
- Westmeerbeek
- Zichem
Busnet ontwikkelingen na het opheffen van de trams
Al voor de opheffing van de trams werden gebieden waar spoorlijnen niet aanwezig waren bediend met buslijnen. Bijvoorbeeld: Antwerpen – Schoten – Sint-Job-in-'t-Goor – Brecht. Met het opheffen van de tram worden bus/tram overstapverbindingen vervangen door rechtstreekse buslijnen. Vele kleine plaatsen en nieuwbouw wijken worden bediend door nieuwe buslijnen of door nieuwe varianten van bestaande buslijnen (ex-tram). Voorbeeld: Sommige bussen van lijn 64, worden doorgetrokken van Wuustwezel naar Loenhout. Sommige van die nieuwe busroutes hebben echter maar een paar bussen per dag. Hoewel het OV achteruitgaat door het toenemend gebruik van de auto, wordt deze achteruitgang gedeeltelijk gecompenseerd door de vervoerstoename rond Antwerpen, veroorzaakt door de grote uitbreiding van de voorsteden en villawijken. Door de ongeordende en gespreide bouw van woningen in België[9], zijn er veel woningen gebouwd ver van de woonkernen en hoofdwegen. Deze woningen kunnen niet goed bediend worden door buslijnen.
De NMVB en tegenwoordig De Lijn heeft veel sneldiensten die gedeeltelijk gebruikmaken van de nieuwe snelwegen. Zo kunnen verafgelegen plaatsen snel verbonden worden met Antwerpen. Zo kent de buslijn 410 (ex-tram 41) de sneldiensten 415, 416 en 417 naar Turnhout, waarbij er verschillende routes zijn die afhankelijk zijn van de gebruikte snelwegafslag.
Archieven
De archieven van NMVB werden bij de opsplitsing verdeeld in een Waals gedeelte en een Vlaams gedeelte (inclusief Waals Brabant). De Antwerpse archieven kwamen terecht bij de Vlaams Tram- en Autobusmuseum (VLAM). Dit erfgoed wordt nu beheerd door MobiliteitsErfgoed Tram en autobus vzw. De Antwerpse inventaris is te zien op: Archief Nationale Maatschappij van Buurtspoorwegen (NMVB)Provincie Antwerpen.
NMVB in de andere provincies
- Brabant: Buurtspoorwegen van de provincie Brabant
- Oost-Vlaanderen: Buurtspoorwegen van de provincie Oost-Vlaanderen
- West-Vlaanderen: Buurtspoorwegen van de provincie West-Vlaanderen
- Limburg: Buurtspoorwegen van de provincie Limburg
- Luik: Buurtspoorwegen van de provincie Luik
- Luxemburg: Buurtspoorwegen van de provincie Luxemburg
- Namen: Buurtspoorwegen van de provincie Namen
- Henegouwen: Buurtspoorwegen van de provincie Henegouwen
Externe links
Referenties
- De buurtspoorwegen in de provincie Antwerpen. Door Jos Neyens
- Instappen a.u.b.! honderd jaar buurtspoorwegen in België
- Zie pagina overleg
- Belgische spoorboek zomer 1933
- website baksteennijverheid[dode link]
- Rail Atlas Vicinal, Uitgever: Rail memories. Door Stefan Justens & Dick van der Spek
- Prentbriefkaart VlaTAM
- trambelgium
- (Iedereen mocht bijna overal grond kopen en bouwen)
Zie de categorie NMVB/SNCV van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp. |