kopen

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  kopen    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈkopə(n)/
Woordafbreking
  • ko·pen
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Latijn, in de betekenis van ‘door betaling verwerven’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1220 [1]
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
kopen
/ˈkopə(n)/
kocht
/kɔxt/
gekocht
/ɣəˈkɔxt/
zwak -cht volledig

Werkwoord

kopen

  1. overgankelijk in ruil voor geld iets in bezit krijgen
Synoniemen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Zelfstandig naamwoord

kopen mv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord koop

Gangbaarheid

  • Het woord kopen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen


Achterhoeks

Werkwoord

kopen

  1. kopen


Nedersaksisch

Werkwoord

kopen

  1. kopen
Schrijfwijzen
  • käupen
  • köpen


Oost-Fries

Werkwoord

kopen

  1. kopen
Schrijfwijzen
  • käupen
  • köpen
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.