vos
Nederlands
Woordafbreking
- vos
Woordherkomst en -opbouw
- In de betekenis van ‘hondachtige’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 901 [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | vos | vossen |
verkleinwoord | vosje | vosjes |
Zelfstandig naamwoord
vos m
- (dierkunde) Vulpes vulpes, een roofdier met bruinrode kleur en dikbehaarde staart.
- In dit gebied zijn vossen losgelaten.
- (scheikunde) (afkorting) afkorting voor 'Vluchtige organische stof' -> dichloorvos
- (afkorting) afkorting voor 'Vrouwen oriënteren zich op de samenleving' -> voscursus
- het bont van de vos.
- een bruinrood paard.
- een bruinrode vlinder.
- afdektop van een (rieten) puntdak (Nedersaksisch? verbastering van "vorst"?); bijv.: de boerderij heeft een rieten dak met een rode (of blauwe) vos.
Hyponiemen
|
Afgeleide begrippen
|
Vertalingen
Werkwoord
vervoeging van |
---|
vossen |
vos
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vossen
- Ik vos.
- gebiedende wijs van vossen
- Vos!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vossen
- Vos je?
Gangbaarheid
- Het woord vos staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'vos' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen. |
Frans
Uitspraak
- Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
- IPA: /vo/
Woordafbreking
- vos
nominatief | genitief | datief | accusatief | benadrukt |
---|---|---|---|---|
vous | votre / vos | vous | vous | vous |
Bezittelijke voornaamwoorden in het Frans | ||||
---|---|---|---|---|
bezitter: | wat bezeten wordt: | |||
enk | mv | |||
m | v | — | ||
enk | 1e pers. | mon | ma | mes |
2e pers. | ton | ta | tes | |
3e pers. | son | sa | ses | |
mv | 1e pers. | notre | nos | |
2e pers. | votre* | vos* | ||
3e pers. | leur | leurs | ||
* als beleefdheidsvorm zowel meervoud als enkelvoud |
Bezittelijk voornaamwoord
vos mv (m en v)
- jullie, uw (bij bezitter in 2e persoon meervoud, voor woorden in het meervoud, zowel mannelijk als vrouwelijk)
- «Parents, protégez vos enfants du danger!»
- Ouders, beschermt jullie kinderen voor het gevaar!
- «Parents, protégez vos enfants du danger!»
- uw, je (bij bezitter in 2e persoon enkelvoud, beleefdheidsvorm, voor woorden in het meervoud, zowel mannelijk als vrouwelijk)
- «Madame, vos beaux yeux, me font mourir d'amour.»
- Mevrouw, uw mooie ogen laten mij sterven van liefde.
- «Madame, vos beaux yeux, me font mourir d'amour.»
Opmerkingen
- Bij woorden die in het enkelvoud staan wordt votre gebruikt.
- Voor de 2e persoon meervoud kent het Frans geen afzonderlijke beleefdheidsvorm en bepaalt het verband van de tekst of vos met uw of jullie moet worden vertaald. In Frankrijk wordt de beleefdheidsvorm iets algemener gebruikt dan in het Nederlands, daardoor kan vos voor de 2e persoon enkelvoud soms ook beter met je worden vertaald en andersom.
Latijn
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.