tes

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  tes    (hulp, bestand)
  • IPA: /tɛs/
Woordafbreking
  • tes
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord tes tessen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

tes v/m

  1. (Jiddisch-Hebreeuws) negende letter van het alfabet
  2. (Jiddisch-Hebreeuws) getal negen
Verwante begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord 'tes' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Verwijzingen

  1. Stichting Hebreeuwse en Jiddisje woorden in het Nederlands

Frans

Uitspraak
  • Geluid:  tes    (hulp, bestand)
  • IPA: /tɛ/, /te/
Woordafbreking
  • tes
nominatief genitief datief accusatief benadrukt
tu ton / ta / tes te te toi
Bezittelijke voornaamwoorden in het Frans
bezitter: wat bezeten wordt:
enk mv
m v
enk 1e pers. monmames
2e pers. tontates
3e pers. sonsases
mv1e pers. notrenos
2e pers. votre*vos*
3e pers. leurleurs
* als beleefdheidsvorm zowel meervoud als enkelvoud

Bezittelijk voornaamwoord

tes mv (m en v)

  1. jouw, je (bij woorden in het meervoud)
  1. «Tes yeux sont si beaux.»
    Je ogen zijn zo mooi.

Indonesisch

Woordafbreking
  • tes
Woordherkomst en -opbouw

Zelfstandig naamwoord

tes

  1. test, proef
  2. toets, examen
Synoniemen
Afgeleide begrippen
  • mengetes, pengetes, pengetesan
  • tes lisan, tes tertulis

Limburgs

Uitspraak
  • IPA: /tɐs/ (Etsbergs)

Persoonlijk voornaamwoord

tes

  1. gemuteerde onbeklemtoonde genitief van doe
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.