kwartier
Nederlands
Woordafbreking
- kwar·tier
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘verblijfplaats’ voor het eerst aangetroffen in 1546 [1]
- samenstelling van kwart en uur [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | kwartier | kwartieren |
verkleinwoord | kwartiertje | kwartiertjes |
Zelfstandig naamwoord
kwartier o
- (tijdrekening), (eenheid) een kwart uur
- Een kwartier bestaat uit 15 minuten.
- (astronomie) één van de twee fasen of schijngestalten van de maan (of een planeet) waarbij het verlichte en het donkere gedeelte even groot zijn, dus bij "halve maan"
- Bij wassende maan noemt men de "halve-maan-fase" het eerste kwartier, bij afnemende maan is dat het laatste kwartier
- (militair) een tijdelijke onderkomen van militairen
- De soldaten moesten hun kwartier ijlings verlaten.
Synoniemen
- [3] legering
Hyponiemen
|
Afgeleide begrippen
- inkwartiering (3), kwartierarrest, kwartierdienst, kwartiermaker (3), kwartiermeester (3), kwartiermuts, kwartierrol, kwartierstaat, kwartierstand (2), kwartierstreep, kwartierverlies
Verwante begrippen
- [3] bivak, huisvesting, kazerne, legerplaats, onderdak
eenheden van tijd in het Nederlands (nld) |
---|
yoctoseconde • zeptoseconde • attoseconde • femtoseconde • picoseconde • nanoseconde • microseconde • milliseconde • centiseconde • deciseconde • seconde • decaseconde • hectoseconde • kiloseconde • megaseconde • gigaseconde • teraseconde • petaseconde • exaseconde • zettaseconde • yottaseconde |
seconde • minuut • kwartier • uur • dag / etmaal / nychthemeron • week • decade • maand / maanmaand • kwartaal / trimester / jaargetijde / seizoen • tertaal • semester • jaar / annum • lustrum • decennium • generatie • eeuw / hectoannum • millennium / kiloannum • mega-annum • giga-annum |
Vertalingen
1. een kwart uur
2. kwartier als maanfase
Gangbaarheid
- Het woord kwartier staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'kwartier' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.