kwartaal

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • kwar·taal
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Italiaans, in de betekenis van ‘drie maanden’ voor het eerst aangetroffen in 1685 [1]
  • [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord kwartaal kwartalen
verkleinwoord kwartaaltje kwartaaltjes

Zelfstandig naamwoord

kwartaal o

  1. (tijdrekening), (eenheid) een kwart van een kalenderjaar
Meroniemen
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord kwartaal staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
98 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.