bevel

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • beĀ·vel
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord bevel bevelen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

bevel o

  1. verplicht uit te voeren opdracht zonder enige tegenspraak; verbaal geuit gebod
  1. gezag om een groep mensen te leiden; commando; commandement
Synoniemen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord bevel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.