uitvoeren

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • uit·voe·ren
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘tot stand brengen’ voor het eerst aangetroffen in 1580 [1]
  • samenstelling van  uit bw  en  voeren ww 
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
uitvoeren
voerde uit
uitgevoerd
zwak -d volledig

Werkwoord

uitvoeren

  1. exporteren (alle betekenissen)
  2. afhandelen, voltrekken, ten uitvoer brengen
  3. (software) runnen, een programma uitvoeren
Typische woordcombinaties
  • [1]: (consumptie)goederen uitvoeren, uitvoeren van gegevens uit een informatiesysteem
  • [2]: een vonnis uitvoeren, een muziekstuk uitvoeren
  • [2]: een gerechtelijk bevel uitvoeren
Verwante begrippen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Werkwoord

vervoeging van
uitvaren

uitvoeren

  1. (in een bijzin) meervoud verleden tijd van uitvaren
    • ...dat wij uitvoeren. 
    • ...dat jullie uitvoeren. 
    • ...dat zij uitvoeren. 

Zelfstandig naamwoord

uitvoeren mv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord uitvoer

Gangbaarheid

  • Het woord uitvoeren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.