glas
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- glas
Woordherkomst en -opbouw
- Voor het eerst aangetroffen in 1240 in de betekenis van ‘glas, harde stof uit silicaten’ [1]
- Van Germaans *glasa- «glas», misschien oorspronkelijk «barnsteen» [2]
1. | enkelvoud | meervoud |
---|---|---|
naamwoord | glas | |
verkleinwoord |
2.,3.,4. | enkelvoud | meervoud |
---|---|---|
naamwoord | glas | glazen |
verkleinwoord | glaasje | glaasjes |
Zelfstandig naamwoord
glas o
- (materiaalkunde) niet-kristallijne vaste stof
- Bij voldoend snelle afkoeling zijn zelfs sommige metalen in staat glazen te vormen.
- een glas (volgens betekenis 1) op basis van siliciumoxide (SiO2), dat veel wordt gebruikt voor de vervaardiging van vensters, glazen (betekenis 3) e.d
- Het glas van het voorkamerraam brak door de heftige windvlaag.
- een uit glas (volgens betekenis 2) vervaardigd object dat dranken of andere vloeistoffen kan bevatten
- Wat een mooie glazen heb je gekocht!
- (metonymisch) de - vaak alcoholische - inhoud van een glas (volgens betekenis 3)
- Glaasje op? Laat je rijden!
Hyponiemen
|
Afgeleide begrippen
|
Verwante begrippen
Uitdrukkingen en gezegden
- Een storm in een glas water zijn
eerst leek het heel belangrijk, maar uiteindelijk stelde het niets voor
- Er verdrinken er meer in het glas dan in de zee.
er gaan veel mensen dood door het drinken van alcohol
- In een glazen huis wonen
een persoon wier handelen veel kritiek kan krijgen omdat deze openbaar te volgen is
- Storm in een glas water
Ophef over niets
- Zijn eigen glazen ingooien
het voor zichzelf bederven
- Een glas mag.
Vertalingen
1. niet-kristallijne vaste stof
2. op basis van SiO2
3. om uit te drinken
Een glas mag.
|
Gangbaarheid
- Het woord glas staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'glas' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen. |
Iers
Uitspraak
- IPA: /gl̪ˠasˠ/
Verbuiging
enkelvoud | meervoud | ||
---|---|---|---|
mannelijk | vrouwelijk | ||
nominatief | glas | glas | glasa |
vocatief | glais | glas | glasa |
genitief | glais | glaise | glas |
datief | glas | glas | glasa |
Vergrotende en overtreffende trap: glaise |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.