woensdag
Nederlands
Woordafbreking
- woens·dag
Woordherkomst en -opbouw
- In de betekenis van ‘vierde dag van de week’ voor het eerst aangetroffen in 1260 [1]
- Het eerste lid verwijst naar de Germaanse god Wodan, die gelijk werd gesteld aan Mercurius en zo is de naam van de dag ontleend aan het Latijnse dies Mercurii (dag van Mercurius). Het tweede lid is dag met het invoegsel -s-.
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | woensdag | woensdagen |
verkleinwoord | woensdagje | woensdagjes |
Zelfstandig naamwoord
woensdag m
- (tijdrekening), (dag) een dag van de week die na dinsdag en voor donderdag komt
- Op woensdag hebben leerlingen slechts een halve dag school.
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
- woensdageditie, woensdagkrant, woensdagmarkt, woensdags
Verwante begrippen
Vertalingen
1. een dag van de week die na dinsdag en voor donderdag komt
Gangbaarheid
- Het woord woensdag staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'woensdag' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen. |
Achterhoeks
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | woensdag | woensdagen |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
woensdag
- (tijdrekening)(dag) woensdag; een dag van de week die na dinsdag en voor donderdag komt
Gronings
Zelfstandig naamwoord
woensdag
- (tijdrekening)(dag) woensdag; een dag van de week die na dinsdag en voor donderdag komt
Nedersaksisch
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | woensdag | woensdagen / woensdaege |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
woensdag
- (tijdrekening)(dag) woensdag; een dag van de week die na dinsdag en voor donderdag komt
Sallands
Zelfstandig naamwoord
woensdag
- (tijdrekening)(dag) woensdag; een dag van de week die na dinsdag en voor donderdag komt
Stellingwerfs
Zelfstandig naamwoord
woensdag
- (tijdrekening)(dag) woensdag; een dag van de week die na dinsdag en voor donderdag komt
Twents
Zelfstandig naamwoord
woensdag
- (tijdrekening)(dag) woensdag; een dag van de week die na dinsdag en voor donderdag komt
Veluws
Zelfstandig naamwoord
woensdag
- (tijdrekening)(dag) woensdag; een dag van de week die na dinsdag en voor donderdag komt
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.