Lezgi
Nederlands
ISO 639-3 |
---|
lez |
bestand |
Woordafbreking
- Lez·gi
Woordherkomst en -opbouw
- van Lezgi Лезги чӏал (Lezgi tsjaal) "Lezgische taal"
Zelfstandig naamwoord
Lezgi o
- (taal) een Noord-Kaukasische taal uit de Oostelijke tak gesproken door ongeveer 450.000 personen in voornamelijk het zuiden van Dagestan
- Een schatting van het aantal sprekers van verschillende Dagestaanse talen, ontleend aan Jazyki Naradov SSSR uit 1967: (…) Lezgi-groep: Agoel 6700, Artsji 1000, Boedoech 1000, Chinaloeg 1000, Kryz 6000, Lezgi 110.000, Roetoel 7000, Tabasaraans 35.000, Tsachoer 7000, Oedi 3700. [1]
Gangbaarheid
- Het woord 'Lezgi' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Verwijzingen
- Delft, D. van Hoe en wat in het Hunzib (12 januari 1995) op website: nrc.nl; geraadpleegd 2017-09-20
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.