geest

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  geest    (hulp, bestand)
  • IPA:
    • (Noord-Nederland): /χeːst/
    • (Vlaanderen, Brabant, Limburg): /ɣeːst/
Woordafbreking
  • geest
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘ziel, onstoffelijk wezen’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 776 [1]
  • In de betekenis van ‘grond’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 911 [1]
enkelvoud meervoud
naamwoord geest geesten
verkleinwoord geestje geestjes

Zelfstandig naamwoord

geest m

  1. dat wat zich afspeelt in iemands gedachten
  2. een onsubstantieel wezen
    • Kinderen zijn vaak bang van geesten. 
Synoniemen
Verwante begrippen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord geest staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.