gerst
Nederlands
![](../I/m/Hordeum_vulgare.jpg)
Hordeum vulgare
Woordafbreking
- gerst
Woordherkomst en -opbouw
- In de betekenis van ‘graangewas’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1240 [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | gerst | - |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
gerst v/m
Hyponiemen
- muizengerst, parelgerst, schietgerst, veldgerst, wintergerst, zeegerst, zomergerst
Afgeleide begrippen
- gerstebier, gerstebrood, gerstekorrel, gerstemeel, gerstemout, gerstenat, gerstepap, gerstewater, gerstewijn, gerstkorrel
Vertalingen
1.
Gangbaarheid
- Het woord gerst staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'gerst' herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.