gierst

Nederlands

Panicum miliaceum

Leenwoord uit het ?, in de betekenis van ‘graangewas’ voor het eerst aangetroffen in 1577 [1]
[2]

gierst v/m

(plantkunde) graan van het geslacht Panicum
(voeding) Panicum miliaceum soort graan met fijne korrels, vooral in Azië en Afrika verbouwd

2. pluimgierst, gele gierst, goudgierst

bloedgierst, draadgierst, geelgierst, Indiaanse gierst, negergierst, parelgierst, pluimgierst, suikergierst, trosgierst, vingergierst, vogelgierst

1.

Het woord gierst staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'gierst' herkend door:

87 %	van de Nederlanders;
80 %	van de Vlamingen.

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	gierst
verkleinwoord