Economische gevolgen van de coronacrisis in Nederland

De coronacrisis in Nederland ontstond begin 2020 en had grote economische gevolgen. Door maatregelen tegen de verspreiding van het coronavirus SARS-CoV-2 werd een groot deel van de economie van Nederland negatief beïnvloed. De regering stelde een economisch hulpplan op ter waarde van ruim 65 miljard euro om bedrijven die in geldnood kwamen te ondersteunen.

In dit artikel wordt een actuele gebeurtenis beschreven.
De informatie op deze pagina kan daardoor snel veranderen of inmiddels verouderd zijn.
Coronapandemie
Coronacrisis in Nederland

Overzicht
Tijdlijn
Nederlandse provincies
Caribisch gebied

Bestuur
Maatregelen
Preventieve maatregelen
Steunmaatregelen

Zorg
Zorgsector
Intensieve zorg

Gevolgen
Maatschappelijk
Economisch
Ecologisch

Organisaties & Instanties
Ministerie VWS · RIVM (CIb) · OMT · LCPS · NVIC · NICE · Veiligheidsregio's · GGD · LCH · Taskforce Diagnostiek

Portaal    Geneeskunde

Voorspelde economische krimp

Grensversperring vanwege Covid-19 tussen het Belgische Teuven en Nederlandse Slenaken

Op 26 maart 2020 bracht het Centraal Planbureau (CPB) de eerste berekeningen van de economische verwachtingen door de coronacrisis naar buiten waarbij gewezen werd op een mogelijke recessie.[1] Deze economische verwachtingen zijn afhankelijk van de duur van de getroffen coronamaatregelen. In het lichtste scenario, met drie maanden beperkingen, zou de economie in 2020 met 1,2 procent krimpen en de werkloosheid licht stijgen naar 4 procent. In 2021 zou de economie naar verwachting dan weer groeien. Wanneer de beperkingen zes maanden of langer duren krimpt de economie volgens het CPB in 2020 naar verwachting tot wel 7,7 procent, met in 2021 een licht herstel. De werkloosheid loopt in dit scenario op naar 8 procent. Wanneer de coronacrisis en de beperkingen een jaar aanhouden wordt een krimp van opgeteld 10 procent verwacht. De werkloosheid zou dan stijgen naar meer dan 9 procent.

Tijdens de kredietcrisis in 2009 bedroeg de krimp van de economie 3,7 procent. "Corona is een gezondheidscrisis", zegt CPB-directeur Hasekamp. "De maatregelen om de verspreiding van het virus in te dammen zijn noodzakelijk, maar het is duidelijk dat ze diep ingrijpen in de economie. Dit soort maatregelen is nog nooit eerder vertoond."[1]

Door verminderde belastinginkomsten en steunmaatregelen neemt de staatsschuld toe. Volgens het CBS kan de staatsschuld eind 2021 uitkomen op 73,6 procent.[1]

Sectoren

Land- en tuinbouw

De land- en tuinbouw ondervindt grote gevolgen van de coronacrisis. Veel buitenlandse arbeiders zijn vertrokken naar hun landen van herkomst, waardoor er personeelstekorten dreigen. Lokale werknemers worden opgeroepen de opengevallen plaatsen in te nemen. Bij het plukken van asperges en andere gewassen zijn in het groeiseizoen veel seizoenarbeiders nodig.[2]

Ook door het wegvallen van de export komen veel land- en tuinbouwbedrijven in de problemen. Producten worden wel geoogst, maar kunnen hun weg naar de klanten niet vinden. Dit geldt bijvoorbeeld voor aardappels, bloemen, vis en zuivel. Minister Schouten van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit wil steun uit Europese fondsen.[3] Slachterijen hebben aangegeven slachtkalveren niet meer te kunnen verwerken door afgenomen vraag vanuit de horeca. Hierdoor is de prijs van slachtkalveren met de helft gedaald.[4] Boeren die aardappelen leveren aan de horeca voor patat zien geen afzetmogelijkheden meer. Aviko en Farm Frites hebben de productie van gedeeltelijk stilgelegd en er is een miljoen ton aan fritesaardappelen aan voorraad met een beperkte houdbaarheid.[5]

Luchtvaart

Vanaf februari 2020 werd het aantal vluchten van en naar China beperkt. Vanaf 4 maart gingen er ook minder vluchten van en naar Italië. Het aantal luchtreizigers begon af te nemen. Dit ook naar aanleiding van reisadviezen om niet of minder naar Italië te reizen. Vanaf 12 maart gold dit ook voor Spanje.

Op 12 maart kondigde president Trump aan dat vanaf 14 maart dertig dagen lang een reisverbod van de Schengenzone naar de VS gold voor niet-Amerikanen. Deze maatregelen hadden grote invloed op het internationale (lucht)verkeer en toerisme.[6]

Vanaf 13 maart, 18.00 uur, werden vluchten vanuit de landen met de grootste besmettingsrisico's, China, Iran, Italië en Zuid-Korea, niet meer toegelaten.[7] Vanaf 21 maart werden ook vluchten uit Spanje niet meer toegelaten.[8] Vanaf 24 maart waren ook vluchten uit Oostenrijk niet meer welkom.[9]

Vanaf 16 maart kwam het vliegverkeer langzaam tot stilstand. KLM en Air France hielden er rekening mee dat de komende twee maanden 70 tot 90 procent van de vluchten zou worden geschrapt. Voor 70 procent van het personeel werd werktijdverkorting aangevraagd. Een groot deel van de luchtvloot werd aan de grond gehouden. De laatste vliegtuigen van het type Boeing 747 van de KLM gingen per 26 maart vervroegd buiten dienst voor reizigersvervoer. De vrachtvliegtuigen blijven nog in gebruik.[10][11]

De KLM vloog vanaf 29 maart nog naar 32 Europese en 25 intercontinentale bestemmingen, in plaats van 135 bestemmingen tot dan toe. Op de overgebleven bestemmingen zou het aantal vluchten ook minder zijn dan voorheen.[12]

Op 25 maart hield Transavia (bijna) al haar vliegtuigen aan de grond en er vlogen steeds minder KLM-vliegtuigen. Vrachtvluchten blijven zoveel mogelijk wel doorgaan. Op Schiphol stonden tientallen toestellen van Transavia geparkeerd en een groot deel van de 172 vliegtuigen van KLM. Er was plaats voor circa 200 vliegtuigen. Ook in Rotterdam en Eindhoven werden vliegtuigen geparkeerd.[13]

Bouwsector

Door het grotere ziekteverzuim en het vertrek van veel bouwvakkers uit Oost-Europa naar hun land van herkomst neemt productiviteit van de bouwsector af. Bouwend Nederland wil een bouwstop hoe dan ook voorkomen, die dreigt bij het stilvallen van de levering van bouwmaterialen als gevolg van gesloten grenzen.[14]

Reclamebranche

Door het stilvallen van veel bedrijven in de horeca, reisbranche en evenementen wordt er veel minder geadverteerd. Een reclame-actie voor 'hamsterweken' van Albert Heijn werd minder geschikt geacht en geannuleerd. Na de speech van premier Rutte op 12 maart trad een abrupte daling in van tientallen procenten reclameverkoop. Mediabedrijven als RTL en SBS hebben sterk teruglopende reclame-inkomsten en voelden zich gedwongen personeel te ontslaan.[15]

Ook de 400 huis-aan-huisbladen, die wekelijks door zo'n 7,9 miljoen Nederlanders gelezen worden, en sterk afhankelijk zijn van de inmiddels sterk gedaalde advertentie-inkomsten, luidden op 26 maart de noodklok.[16]

Detailhandel

Drukte bij een bouwmarkt in Nieuwerkerk aan den IJssel.

Diverse grote winkelbedrijven namen op 17 maart zelf het initiatief hun deuren te sluiten, waaronder De Bijenkorf en IKEA. Ook telecomwinkels gingen dicht. Digitale aankopen blijven mogelijk. In veel winkelstraten nam het aantal bezoekers in enkele dagen met meer dan de helft af. In enkele dagen is in sommige winkels in Nederland de omzet met 70 procent afgenomen.[17][18][19]

De daling van het aantal passanten in winkelstraten was op 18 maart het sterkst in Amsterdam, Rotterdam en Utrecht (resp. 60, 68 en 77 procent). Veel ondernemers verloren 60 tot 100 procent van hun omzet, waardoor openblijven meer kost dan sluiten. Veel voorheen drukke binnensteden zijn, door de sluiting van winkels, horeca en culturele voorzieningen, binnen enkele dagen bijna uitgestorven. Bijna alle toeristen zijn inmiddels vertrokken.

Op 18 maart meldden diverse ketens hun winkels te sluiten, onder andere: WE, Zara, C&A, Nespresso, Foot Locker en LEGO. De HEMA geeft aan de deuren niet te sluiten zolang de regering dat niet verplicht; de lunchrooms zijn wel gesloten. Ook Kruidvat blijft open. Bij supermarkten en drogisterijen is het drukker dan tijdens de kerstdrukte. Bouwmarkten en tuincentra ervaren juist topdrukte omdat veel mensen nu thuis gaan klussen.[20][21]

In het Brabantse dorp Baarle-Nassau gelden sinds 18 maart zowel Nederlandse als Belgische regels, omdat de grens dwars door het dorp loopt. Aan de ene kant van de straat mogen de winkels nog gewoon open zijn, terwijl zij aan de andere kant moeten sluiten.[22][23] Ook in het door de Belgisch-Nederlandse grens doorsneden dorp Koewacht traden vergelijkbare problemen op.[24]

Winkeliers (ook in de in de non-food sector) die zijn geraakt door de anti-corona maatregelen en een (sterke) daling van inkomsten hadden, kunnen toch aanspraak doen op vierduizend euro noodsteun van het kabinet. Eerder was dit alleen voor ondernemingen die helemaal moesten sluiten.[25]

Supermarkten

Effect van hamsteren: lege schappen in de supermarkt (maart 2020).

Ook gingen mensen op 13 maart 2020 ondanks dat er geen noodzaak voor was massaal hamsteren. Zo ontstond er een run op medicijnen, toiletpapier en andere houdbare producten. Premier Rutte riep op om niet te hamsteren. Hij gaf aan dat er voldoende voorraden zijn.[26]

Ondanks alle oproepen blijven Nederlanders hamsteren. Volgens onderzoeksbureau Motivaction gaf 43 procent van de ondervraagden aan te blijven hamsteren. Vooral blikgroente en potfruit (50 procent), wc-papier (35 procent) en paracetamol (31 procent) worden gehamsterd.[27]

De supermarkten hebben in de tweede week van maart 11 procent meer omzet gedraaid dan in de traditioneel drukste week van het jaar, de week voor de kerst. De omzet in week 11 (9 tot en met 15 maart) lag 35 procent hoger dan een jaar geleden.[28]

Horeca

Na de aankondiging van de sluiting van de horeca voor drie weken ontstonden er op 15 maart voor de coffeeshops lange rijen van mensen die nog een voorraad wilden inslaan.[29]

Warenmarkten

Terwijl in Rotterdam en andere steden markten werden afgelast heeft de veiligheidsregio Amsterdam-Amstelland op 19 maart besloten dat in Amsterdam en omgeving de markten gewoon openblijven. Er wordt één lijn getrokken tussen de warenmarkten en de supermarkten. Deze vervullen beide een belangrijke rol in de voedselvoorziening: zolang de supermarkten openblijven, zullen ook de markten plaatsvinden.[30]

Op 25 maart werd de Haagse Markt tijdelijk gesloten toen mensen ondanks de aangescherpte coronamaatregelen, hier geen gehoor aan gaven en er een te grote toeloop was van bezoekers.

Vanaf 26 maart zijn op de warenmarkten in Amsterdam alleen nog kramen met etenswaren toegestaan.[31]

Financiële sector

De beurskoersen van de AEX in Amsterdam en in vele andere landen ondervonden sinds 11 maart een sterke daling, de sterkste sinds 19 oktober 1987. Ook ging de beursweek de geschiedenis in als de één na slechtste aller tijden.[32] In week 11 van 2020 verloor de AEX 18,5% van zijn waarde. Alleen een beursweek in oktober 2008 liet een sterkere daling zien. De beurzensector verwachtte €780 miljoen omzet mis te lopen en 11.000 banen te verliezen.[33]

Recreatiesector

Vrijwel leeg parkeerterrein van Nationaal Park De Hoge Veluwe, entree Hoenderloo.

Attractieparken en dierentuinen hebben aangegeven dat de sluiting een grote financiële impact zal hebben op hun bedrijf. Mede doordat het zomerseizoen begonnen is en in maart de meeste attractieparken op het laagste punt qua vermogen zitten. De Club van Elf gaf in maart aan dat de maatregelen niet te lang zouden moeten duren.[34] Het kleine dierenpark Fanaupark Flakkee was door de sluiting in financiële moeilijkheden gekomen. Het dierenpark startte een inzamelingsactie.[35] Dit zorgde voor veel donaties, waardoor het dierenpark minstens voor twee maanden vooruit kon.[36] Ook het kleine dierenpark De Paay in Beesd kwam door de coronacrisis in financiële problemen. Het dierenpark bleef de gehele coronacrisis geopend voor bezoekers in de hoop het financieel rond zou komen. Echter bleken er geen bezoekers te komen.[37] Daarop startte De Paay ook een inzamelingsactie. In de dagen hierna volgende meer dierenparken die in financiële problemen kwamen zoals Artis.[38][39][40][41] Diverse attractieparken communiceerden geregeld verwachte openingsdatums, die echter geregeld weer werden gewijzigd na nieuwe of verlengde maatregelen van de overheid.[42][43][44]

De Museum Vereniging gaf aan dat naar verwachting in mei een vijfde deel van de musea financiële problemen zal krijgen en een kwart mogelijk failliet zal gaan in 2020. Wekelijks liepen de musea gezamenlijk tientallen miljoenen euro's mis.[45][46] Zo gaven het Bevrijdingsmuseum in Groesbeek en Museumpark Orientalis Heilig Land Stichting aan dat ze voor 95% afhankelijk zijn van de opbrengsten van de kaartverkoop. Deze inkomensbron viel volledig weg.[47] Het DAF Museum zei voldoende reserves te hebben en verwacht de coronacrisis door te komen.[48] Het Rijksmuseum Amsterdam liep door de sluiting naar schatting wekelijks tussen de €800.000 en €1 miljoen mis.[49] Het Platform Drentse Musea riep op om coulant te zijn naar musea zoals het kwijtschelden van een deel van de huur.[50]

Steunmaatregelen

Op 17 maart kondigden de ministers Hoekstra (Financiën), Koolmees (Sociale Zaken) en Wiebes (Economische Zaken) een steunpakket aan, waar voor de eerste 3 maanden zo'n 10 à 20 miljard euro wordt uitgetrokken.[33][51]

This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.