Columbiaanse uitwisseling

De Columbiaanse uitwisseling was een belangrijke gebeurtenis in de geschiedenis van de ecologie, landbouw en cultuur van onze wereld. De uitdrukking wordt gebruikt voor de enorme uitwisseling van landbouwrassen, ziekten en culturen tussen de Oude Wereld en de Nieuwe Wereld na de ontdekking van Amerika in 1492. In dat jaar leidde Christoffel Columbus' ontdekkingsreis tot een era van grootschalig contact tussen het oostelijke en westelijke halfrond. De term werd als eerste gebruikt door historicus Alfred W. Crosby in zijn The Columbian Exchange uit 1972. Hierna werd deze benaming overgenomen door andere historici en door journalisten, waardoor hij brede bekendheid verkreeg.

Planten, inheems aan de Nieuwe Wereld. Vanaf linksboven met de klok mee: 1. Maïs (Zea mays) 2. Tomaat (Solanum lycopersicum) 3. Aardappel (Solanum tuberosum) 4. Vanille (Vanilla) 5. Pará Braziliaanse rubberboom (Hevea brasiliensis) 6. Cacao (Theobroma cacao) 7. Tabak (Nicotiana rustica)
Planten, inheems aan de Oude Wereld. Vanaf linksboven met de klok mee: 1. Citrusvrucht (Rutaceae); 2. Appel (Malus domestica); 3. Banaan (Musa); 4. Mango (Mangifera); 5. Ui (Allium); 6. Koffie (Coffea); 7. Tarwe (Triticum spp.); 8. Rijst (Oryza sativa)

Impact

Landbouw en voedsel

Deze uitwisseling van dieren- en plantensoorten had grote invloed op het leven in Europa, Amerika, Afrika en Azië. Voedsel dat mensen voorheen nooit hadden gezien werd volksvoedsel. Zo waren er voor 1492 geen aardappelen buiten Zuid-Amerika. In de negentiende eeuw was Ierland zo afhankelijk van de aardappel dat een misoogst leidde tot een grote hongersnood.

De eerste Europese import, het paard, veranderde de levens van Amerindiaanse stammen op de Great Plains die hun nomadische leefstijl konden opgeven en vanaf paarden op bizons konden jagen. Tomatensaus, gemaakt van tomaten uit de Nieuwe Wereld, werd een Italiaans handelsmerk. Koffie en suikerriet uit Azië werden intensief verbouwde gewassen op Latijns-Amerikaanse plantages. Vóór de Columbiaanse uitwisseling waren er geen sinaasappelen in Florida, geen bananen in Honduras, geen rubberbomen in Afrika, geen koeien in Texas, geen ezels in Mexico en geen chocolade in Zwitserland. Zelfs de paardenbloem is als kruid door Europeanen naar Amerika gebracht.

Ziekten

Met het nieuwe contact tussen de Oude Wereld en de Nieuwe Wereld werden ook ziekten uitgewisseld tussen beide werelddelen. Doordat vooral de Oude Wereld veel epidemieën kende, was het effect hiervan vooral verwoestend in de Nieuwe Wereld. Veel historici menen dat dit een van de oorzaken is van de snelle verbreiding van de westerse cultuur in Noord- en Zuid-Amerika.

Overig

Een aantal organismen uit de Oude Wereld hebben zich door toedoen van de mens gevestigd in de Nieuwe Wereld, wat ook omgekeerd gebeurde. Men spreekt hier van exoten. Voorbeelden zijn Amerikaanse soorten als vogelkers en zonnebaars in Nederlandse natuur.

Overzicht

Precolumbiaanse verspreiding van organismen met nauwe banden met de mens
Groep organismen Oude Wereld naar Nieuwe Wereld Nieuwe Wereld naar Oude Wereld
Gedomesticeerde dieren
Gewassen
Ziektes

Zie ook

This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.