thee
Nederlands
Woordafbreking
- thee
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Indonesisch, in de betekenis van ‘aftreksel van bladeren’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1637 [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | thee | theeën |
verkleinwoord | theetje | theetjes |
Zelfstandig naamwoord
thee m
- gedroogde bladeren van de theestruik
- (drinken) warme drank bereid van de bladeren van de onder [1] genoemde theestruik
Hyponiemen
|
Afgeleide begrippen
|
Uitdrukkingen en gezegden
- [2]: Thee met witte puntjes
Slappe thee, ofwel: iets van mindere kwaliteit
- [2]: Dat is niet mijn kopje thee
Daar houd ik niet van
- [2]: Dat is andere thee
Dat is iets heel anders
Spreekwoorden
|
Vertalingen
1.
Gangbaarheid
- Het woord thee staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'thee' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen. |
Engels
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.