drinken
Nederlands
Woordafbreking
- drin·ken
Woordherkomst en -opbouw
- In de betekenis van ‘vloeistof tot zich nemen’ voor het eerst aangetroffen in 901 [1]
- Afkomstig van het Middelnederlandse drinken, verwant met het Oudnederfrankische en Oudsaksische drinkan, Oudhoogduitse trinkan, Oudfriese drinka, Oudengelse drincan, Oudnoorse drekka, Gotische drigkan. [2]
naamwoord van handeling | |
---|---|
zelfstandig | bijvoeglijk |
drinken | drinkend |
drank | dronken |
dronk | gedronken |
gedrink | drinkbaar |
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
drinken /'drɪŋkə(n)/ |
dronk /drɔŋk/ |
gedronken /ɣə'drɔŋkə(n)/ |
klasse 3 | volledig |
Werkwoord
- overgankelijk vloeistof nuttigen
- Op warme dagen moet je veel drinken omdat je veel vocht verliest door te zweten.
- (pregnant) gewoon zijn alcohol te gebruiken
- Hij dronk zo veel dat hij er ziek van werd.
- Als je hebt gedronken mag je geen autorijden.
Hyponiemen
|
Afgeleide begrippen
|
Verwante begrippen
Uitdrukkingen en gezegden
overmatig drinken
- Den lijdenskelk ( of de -beker) ledigen ( of drinken)
Vertalingen
1.
Gangbaarheid
- Het woord drinken staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'drinken' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen. |
Verwijzingen
- "drinken" in: Sijs, N. van der Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen. 2e druk (2002) Veen, Amsterdam / Antwerpen; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- drinken op website: Etymologiebank.nl
- Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.