pers

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  pers    (hulp, bestand)
  • IPA: /pɛrs/
Woordafbreking
  • pers
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘kattensoort’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1971 [1]
  • In de betekenis van ‘oosters tapijt’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1961 [1]
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘drukpers’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1641 [1]
enkelvoud meervoud
naamwoord pers persen
verkleinwoord persje persjes

Zelfstandig naamwoord

pers v

  1. (gereedschap) een instrument waarmee druk uitgeoefend kan worden
  2. een Perzisch tapijt
  3. inwoner van het oude Perzië of behorend tot het volk der Perzen
  4. Iraniër ??, staatsburger van Iran
  5. journalistieke media
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen
  • presseren
Vertalingen

Werkwoord

vervoeging van
persen

pers

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van persen
    • Ik pers. 
  2. gebiedende wijs van persen
    • Pers! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van persen
    • Pers je? 

Gangbaarheid

  • Het woord pers staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

Afrikaans

Uitspraak
  • IPA bn /pɛːrs/ - zn /pɛrs/   geluid 
Woordafbreking
  • pers
stellend vergrotend overtreffend
pers--

Bijvoeglijk naamwoord

pers

  1. paars
Synoniemen
  • rooiblou
enkelvoud meervoud
naamwoord pers perse

Zelfstandig naamwoord

pers

  1. pers
  2. (kleur) paars.
Uitdrukkingen en gezegden
  • die geel pers
    • de sensatiebeluste pers/dagbladen
stamtijd
infinitief voltooid
deelwoord
pers
/pɛrs/
het gepers
/hɛt xəpɛrs/
volledig

Werkwoord

pers

  1. persen
Afgeleide begrippen
Schrijfwijzen
  • Arabische transcriptie: پَِرْسْ.

Engels

Afkorting

pers

  1. afkorting van Persian (Perzisch).

Frans

Uitspraak
  • IPA: /pɛʁ/
Woordafbreking
  • pers
Woordherkomst en -opbouw
  • Ontleend aan het Middeleeuws-Latijnse persus/persum (soort donkerblauw), dat een gewijzigde vorm van het Klassiek-Latijnse persicus (Perzisch, perzikboom) is
  enkelvoud meervoud
  mannelijk   pers pers
  vrouwelijk   - -

Bijvoeglijk naamwoord

pers

  1. (kleur) een bepaalde kleur tussen blauw en groen hebbend.
  1. «Minerve aux yeux pers
    Minerva met de blauwgroene ogen.
Gelijkklinkende woorden
Synoniemen
  • bleu-vert, vert-bleu
  • (andere kleuren tussen blauw en groen) cyan, turquoise


Koerdisch

Zelfstandig naamwoord

pers

  1. vraag
Synoniemen
  • pirs, pirsiyar


Zweeds

Afkorting

pers

  1. afkorting voor person/personer (persoon/personen).

Zelfstandig naamwoord

  1. (sport), (afkorting) persoonlijk record.
  1. «Det är svårt att slå pers i varje tävling.»
    Het is moeilijk om je persoonlijke record elke wedstrijd te breken.
Synoniemen
  • personbästa
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.