Keizer Ferdinand I (1503-1564)

Ferdinand I (Alcalá de Henares, 10 maart 1503Wenen, 25 juli 1564) was keizer van het Heilige Roomse Rijk, koning van Bohemen en Hongarije. Hij was de jongere broer van keizer Karel V.

Ferdinand I
Portret van Ferdinand I door Hans Bocksberger de Oudere.
Rooms-Duits koning en keizer
Regeerperiode1556 - 1564
VoorgangerKarel V
OpvolgerMaximiliaan II
Regerend aartshertog van Oostenrijk
Regeerperiode1522 - 1564
VoorgangerKarel V
OpvolgerMaximiliaan II (Neder-Oostenrijk)
Karel II (Binnen-Oostenrijk)
Ferdinand II (Opper-Oostenrijk)
Koning van Bohemen
Regeerperiode1526 - 1564
VoorgangerLodewijk II
OpvolgerMaximiliaan II
Koning van Hongarije
Regeerperiode1526 - 1564
TegenkoningJohan Zápolya (1526 - 1540)
VoorgangerLodewijk II
OpvolgerMaximiliaan II
Hertog van Württemberg
Regeerperiode1522 - 1534
VoorgangerKarel V
OpvolgerUlrich
HuisHabsburg
VaderFilips de Schone
MoederJohanna de Waanzinnige
Geboren10 maart 1503
Alcalá de Henares, Castilië
Gestorven25 juli 1564
Wenen, Oostenrijk
BegravenSint-Vituskathedraal, Praag
EchtgenoteAnna van Bohemen
ReligieRooms-katholiek

Groot wapen als Heilig Rooms keizer

Biografie

In tegenstelling tot zijn oudere broer Karel en zijn oudere zusters Eleonora en Isabella werd Ferdinand opgevoed in Spanje. Hij was de zoon van Filips I van Castilië en Johanna van Castilië en ontving bij zijn geboorte de titels aartshertog van Oostenrijk en infante van Castilië, León, Aragon en Navarra. Hij was genoemd naar zijn grootvader van moeders kant, Ferdinand II, die ook op 10 maart was geboren. Aanvankelijk was Ferdinand voorbestemd om zijn grootvader op te volgen. Bij de aanstelling van Karel V als koning van Castilië en Aragon en als keizer van het Heilige Roomse Rijk liet hij het bestuur van Oostenrijk en Slovenië over aan zijn broer Ferdinand. Door zijn keuze als koning van Duitsland in 1531 werd voor Ferdinand een aanzet gegeven tot opvolging van Karel V bij zijn abdicatie en nam hij officieel de taken van de keizer waar in zijn afwezigheid.

Nadat sultan Süleyman I Ferdinands zwager Lodewijk II van Hongarije, koning van Bohemen en Hongarije, had verslagen bij de Slag bij Mohács op 29 augustus 1526 –waarbij Lodewijk was omgekomen- werd Ferdinand gekozen tot koning van Bohemen. De opvolging in Hongarije leidde tot een verhitte strijd tussen Ferdinand en János Szapolyai, vojvoda van Zevenburgen, ieder gesteund door verschillende facties binnen de Hongaarse adel. Ferdinand werd daarbij ook gesteund door Karel V, terwijl János erin slaagde om de steun van Süleyman te verkrijgen.

Bij het Beleg van Wenen (1529) konden de legers van Ferdinand met succes de aanval van de Ottomanen, onder leiding van Süleyman, weerstaan. Er zouden nog meerdere belegeringen volgen, maar in 1533 werd een vredesverdrag met de Ottomanen gesloten, waardoor ook het koninkrijk Hongarije ter sprake kwam. Bepaald werd dat het westelijk deel onder gezag kwam van Ferdinand en het oostelijk deel onder János’ gezag, namelijk het Oost-Hongaars koninkrijk. Met het Verdrag van Nagyvárad (1538) probeerde Ferdinand erin Hongarije tot een erfelijk gebiedsdeel te maken.

Bij het bestuur van Oostenrijk, Bohemen en Hongarije regeerde hij als een absolute monarch. Hij publiceerde een grondwet voor zijn erfelijke landen en stelde in Pressburg, Praag en Breslau regeringsorganen aan naar Oostenrijks voorbeeld. Weerstand tegen deze centralisatie leidde er in 1559 toe, dat hij de onafhankelijkheid van deze organen moest erkennen. In 1547 weigerde Bohemen zijn legers beschikbaar te stellen voor een strijd tegen de Duitse protestanten. Met de hulp van Spaanse troepen slaagde Ferdinand erin de opstand hiertegen neer te slaan, waarna de privileges van de Boheemse steden danig werden ingeperkt.

In 1556 werd Ferdinand keizer van het Heilige Roomse Rijk - hetgeen overigens pas in 1558 officieel bevestigd werd. Al in 1531 was bepaald dat de erfopvolging in zijn familie zou blijven en dat Filips II, de toen vierjarige zoon van Karel V, uitgesloten werd voor eventuele opvolging.

Ferdinand stierf in Wenen en werd begraven in de Sint-Vituskathedraal te Praag. Hij werd als keizer van het Heilige Roomse Rijk opgevolgd door zijn zoon Maximiliaan II.

Godsdienstkwestie

Ferdinand was een overtuigd katholiek en aanvankelijk een groot tegenstander van de protestantse bewegingen. Al snel besefte hij, dat hij in de strijd tegen Ottomanen afhankelijk was van de steun van de protestantse adel, waardoor hij meer tolerantie betuigde.

Eén beweging werd echter wel fel bestreden, de anabaptisten. Via diverse mandaten trad hij hard op tegen deze stroming. Zo liet hij vooraanstaande figuren oppakken en op de brandstapel zetten. In 1529 werd een mandaat afgekondigd waarin bepaald werd dat alle ketters (lees: anabaptisten) de dood moesten vinden door verbranding. Door dit mandaat kreeg de vervolging een legitiem karakter. De gebeurtenissen in Münster (1534-1535) bevestigden Ferdinands afkeer van deze beweging. Door zijn optreden nam de invloed van de anabaptisten in Ferdinands rijk af.

Hij was in zijn laatste levensjaren een overtuigd aanhanger van de Contrareformatie en stond dan ook open voor hervormingen binnen de Kerk. Tijdens de Rijksdag van Augsburg in 1555 die hij voorzat namens Karel V kwamen de Duitse keurvorsten tot een vergelijk en leken de problemen rondom de godsdienstpolitiek opgelost. Een van de motto’s tijdens deze bijeenkomst was cuius regio eius religio, wat betekende, dat de vorst van een gebied het geloof binnen zijn gebied kon bepalen. Op basis hiervan trachtte Ferdinand met behulp van de Jezuïeten het katholieke geloof binnen zijn landen te herintroduceren, waarin hij nauwelijks slaagde. Een succesje was het herstel van het aartsbisdom Praag, dat door de protestanten was opgeheven.

Samenwerking met Karel V

Als plaatsvervanger van Karel V volgde hij aanvankelijk het beleid van zijn broer. Door de weigering van Karel om hem opnieuw te benoemen als hertog van Württemberg en Karels pogingen om de opvolging van Filips II voor de keizerlijke kroon te regelen bekoelde de verstandhouding tussen de twee broers.

Ook stond hij toleranter ten opzichte van de protestanten in vergelijking tot Karel V, puur gebaseerd op politieke overwegingen. Echter toen zijn zuster Isabella, die getrouwd was met de Deense koning Christiaan II, overging naar de leer van Luther beschouwde hij haar als een persona non grata.

Huwelijk

Portret van Anna van Bohemen door Hans Maler zu Schwaz.

Op 25 mei 1521 trouwde Ferdinand te Linz met Anna van Bohemen en Hongarije, dochter van Wladislaus II van Hongarije, koning van Bohemen en Hongarije. Dit huwelijk was voortgekomen uit een verdrag tussen Ferdinands grootvader Maximiliaan I en Wladislaus. De huwelijksinzegening vond op 22 juli 1515 in de Stephansdom in Wenen plaats tijdens een beroemde dubbele plechtigheid (de Wiener Doppelhochzeit), waarbij ook Ferdinands jongere zus Maria werd uitgehuwelijkt aan Anna's jongere broer en latere koning Lodewijk II van Hongarije. Maximiliaan was daarbij zelf plaatsvervanger voor zijn afwezige kleinzoon Ferdinand.

Uit dit huwelijk werden vijftien kinderen geboren.

Anna van Bohemen stierf in 1547 in het kraambed van haar dochter Johanna. Keizer Ferdinand hertrouwde niet.

Voorouders

De voorouders van Keizer Ferdinand I
'
Keizer Ferdinand I (1503-1564)
Vader:
Filips I van Castilië (1478-1506)
Grootvader:
Keizer Maximiliaan I (1459-1519)
Overgrootvader:
Keizer Frederik III (1415-1493)
Overgrootmoeder:
Eleonora Helena van Portugal (1434-1467)
Grootmoeder:
Maria van Bourgondië (1457-1482)
Overgrootvader:
Karel de Stoute (1440-1476)
Overgrootmoeder:
Isabella van Bourbon (1436-1465)
Moeder:
Johanna van Castilië (1479-1555)
Grootvader:
Ferdinand II van Aragon (1452-1516)
Overgrootvader:
Johan II van Aragón (1397-1479)
Overgrootmoeder:
Johanna Enríquez (1425-1468)
Grootmoeder:
Isabella I van Castilië (1451-1504)
Overgrootvader:
Johan II van Castilië (1405-1454)
Overgrootmoeder:
Isabella van Portugal (1428-1496)
Karolingen (800–911):Karel de Grote · Lodewijk I de Vrome · Lotharius I · Lodewijk II · Lodewijk III de Duitser · Karel II de Kale · Lotharius II · Karloman van Beieren1 · Lodewijk III de Jonge1 · Karel III de Dikke · Arnulf van Karinthië · Lodewijk IV het Kind
Italiaanse keizers (891–928):Guido van Spoleto · Lambert van Spoleto · Lodewijk de Blinde · Berengarius van Friuli
Ottonen (911–1024):Koenraad I van Franken2 · Hendrik I de Vogelaar · Otto I de Grote · Otto II · Otto III · Hendrik II de Heilige
Saliërs (1024–1125):Koenraad II · Hendrik III · Hendrik IV · Rudolf van Rheinfelden · Herman van Salm · Koenraad (III)1 · Hendrik V
Hohenstaufen (1125–1254):Lotharius III2 · Koenraad III · Hendrik (VI) Berengarius1 · Frederik I Barbarossa · Hendrik VI · Filips van Zwaben · Otto IV2 · Frederik II · Hendrik VII1 · Koenraad IV · Hendrik Raspe
Interregnum (1254–1273):Willem van Holland · Richard van Cornwall · Alfons van Castilië
Wisselende dynastieën (1273–1437):Rudolf I · Adolf van Nassau · Albrecht I · Hendrik VII · Lodewijk V de Beier · Frederik de Schone1 · Karel IV · Günther van Schwarzburg · Wenceslaus · Ruprecht van de Palts · Jobst van Moravië · Sigismund
Habsburgers (1437–1806):Albrecht II · Frederik III · Maximiliaan I · Karel V · Ferdinand I · Maximiliaan II · Rudolf II · Matthias · Ferdinand II · Ferdinand III · Ferdinand IV1 · Leopold I · Jozef I · Karel VI · Karel VII Albrecht2 · Frans I Stefan · Jozef II · Leopold II · Frans II

vet = keizer · cursief = tegenkoning · 1 = medekoning (in een deelrijk) · 2 = afkomstig uit een andere dynastie

Zie de categorie Ferdinand I, Holy Roman Emperor van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.
This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.