Slag bij Mohács (1526)
De Slag bij Mohács (Hongaars: mohácsi csata of mohácsi vész, Turks: Mohaç Savașı of Mohaç Meydan Savașı) is een veldslag die op 29 augustus 1526 werd uitgevochten tussen het Koninkrijk Hongarije onder leiding van koning Lodewijk II van Hongarije en het Ottomaanse Rijk onder leiding van Süleyman I.
De slag resulteerde in een Hongaarse nederlaag waarbij koning Lodewijk II om het leven kwam toen hij het slagveld probeerde te ontvluchten.
Slag bij Mohács
| ||||
Onderdeel van de Ottomaans-Hongaarse Oorlogen | ||||
Turks miniatuur van de Slag bij Mohács | ||||
Datum | 29 augustus 1526 | |||
Locatie | Mohács, Hongarije | |||
Resultaat | Ottomaanse Overwinning | |||
Strijdende partijen | ||||
| ||||
Leiders en commandanten | ||||
| ||||
Troepensterkte | ||||
| ||||
Verliezen | ||||
|
Aanloop
Bij het begin van de zestiende eeuw was het Ottomaanse Rijk een belangrijke militaire macht geworden die grote delen van Europa en het Midden-Oosten beheerste. Het kon meer dan 100.000 soldaten mobiliseren, plus grote reserves uit een aanzienlijk aantal onderdanen. De Hongaren konden dit op geen stukken na evenaren.
Süleyman I kon zijn strijd tegen de Safawiden niet verder zetten en liet zijn oog vallen op het christelijke Europa. Hij had door Belgrado (1521), Orșova (1522) en Szörény (1524) te bezetten al de Donau in handen, tot aan Belgrado.
De Slag
De Hongaren vielen aan terwijl Süleymans leger zich nog aan het opstellen was. De artillerie nam de Osmanen onder vuur waarna de cavalerie de Osmanen op de vlucht joeg. In plaats van de achtervolging in te zetten begonnen de Hongaren het lege Osmaanse kamp te plunderen. De Osmanen konden zich hergroeperen en vernietigden daarop nagenoeg het plunderende Hongaarse leger. Lodewijk kon niet op tijd vluchten en werd gedood. Na 150 jaar verzet was Hongarije niet langer in staat het Ottomaanse Rijk tegen te houden.
Nasleep
Door de dood van koning Lodewijk II kwam Hongarije in een politiek vacuüm terecht. De troon van Hongarije werd betwist tussen Johan Zápolya en Ferdinand I van Habsburg. Ferdinand werd gesteund door zijn vrouw Anna, de zuster van Lodewijk II en een aantal, veelal lagere, edelen uit het westen en noorden van het Koninkrijk. János Zápolya ontving vooral steun van de magnaten en de Transsylvaanse edelen. In 1541 werd het land definitief opgedeeld in een Habsburgs, Turks en Transsylvaans deel.
Zie ook
Zie de categorie Battle of Mohács van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp. |