Andreas II van Hongarije

Andreas II (Hongaars: András II) (?, ong. 1175 - Boeda, 26 oktober 1235) was koning van Hongarije van 1205 tot 1235 en was een lid van het huis der Árpáden. Hij was een jongere zoon van Béla III van Hongarije en stootte zijn neefje Ladislaus III van Hongarije van de troon. Al in 1197 had hij geprobeerd de macht over te nemen van zijn broer Emmerik van Hongarije maar werd verslagen, waarop paus Innocentius III hem in 1200 weer hertog liet maken. Als koning was Andreas zo zwak dat hij de politiek van zijn broer moest voortzetten om de adel door schenkingen aan zich te verplichten. De staatsmacht werd hierdoor geheel uitgehold. In 1217 deed Andreas op bevel van paus Honorius III mee aan de mislukte Vijfde Kruistocht. Bij thuiskomst dwongen de edelen hem in 1222 een Gouden Bul af, die de al lang bestaande feitelijke machtsverhoudingen nu ook formeel vastlegde. In 1234 sloeg hij een invasie door Oostenrijk af. Anders dan zijn sluwe broer was Andreas erg naïef en beïnvloedbaar; heel zijn leven lang bleek hij een gemakkelijk slachtoffer voor manipulatie.

Andreas II
rond 1175 - 1235
Koning van Hongarije
Periode1205-1235
VoorgangerLadislaus III
OpvolgerBéla IV
VaderBéla III van Hongarije
MoederAgnes van Châtillon

Andreas huwde drie maal. Uit zijn huwelijk met Gertrudis van Meranië, die door edelen vermoord werd, had hij de volgende kinderen:

Uit zijn huwelijk met Yolande van Courtenay had hij één dochter:

Uit zijn derde huwelijk met Beatrice d'Este werd postuum een zoon geboren:

Zie de categorie Andrew II of Hungary van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.
This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.