doek
Nederlands
Woordafbreking
- doek
Woordherkomst en -opbouw
1,3,4 | enkelvoud | meervoud |
---|---|---|
naamwoord | doek | doeken |
verkleinwoord | doekje | doekjes |
2 | enkelvoud | meervoud |
---|---|---|
naamwoord | doek | - |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
doek
- m een lap stof, bijvoorbeeld voor het poetsen of stof afnemen
- Pak even een doek om die rommel op te nemen.
- m of o materiaal waaruit [1], [3] en [4] vervaardigd worden
- Dit kan van doek vervaardigd worden/.
- o (schilderkunst) een stuk, meestal opgespannen materiaal waarop men een beeld schildert, ofwel het schilderij zelf
- Er zijn veel manieren om verf op het doek aan te brengen.
- o een stuk materiaal dat als gordijn gebruikt wordt om een toneel aan het zicht van het publiek to onttrekken
- Het doek viel en het applaus barstte los.
- o een doek om beelden op te projecteren, een projectiescherm
Uitdrukkingen en gezegden
- een doekje voor het bloeden
een (te) kleine troost
- er geen doekjes om winden
iets heel duidelijk vertellen
- iets uit de doeken doen
iets heel duidelijk uitleggen
Hyponiemen
|
Verwante begrippen
- gordijn, lijnwaad, linnen, overgordijn, scherm, schilderij, schildering, schilderstuk, voorhang, voorhangsel
Vertalingen
- Onderstaande vertalingen dienen nagekeken te worden en omgezet in de bovenstaande tabellen. Nummers na de vertalingen komen niet noodzakelijk overeen met de opgegeven definities. Voor meer uitleg zie WikiWoordenboek:Hoe vertalingen nakijken.
3. doek/schilderij
Gangbaarheid
- Het woord doek staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'doek' herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.