zeildoek
Nederlands
Woordafbreking
- zeil·doek
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van zeil en doek
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | zeildoek | zeildoeken |
verkleinwoord | zeildoekje | zeildoekjes |
Zelfstandig naamwoord
zeildoek m en o
- een grof, stevig weefsel waarvan zeilen gemaakt worden
Vertalingen
1. een grof, stevig weefsel waarvan zeilen gemaakt worden
Gangbaarheid
- Het woord zeildoek staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'zeildoek' herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.