stofdoek
Nederlands
Woordafbreking
- stof·doek
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van stof en doek
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | stofdoek | stofdoeken |
verkleinwoord | stofdoekje | stofdoekjes |
Zelfstandig naamwoord
stofdoek m
- (huishouden) textielen doek gebruikt om huisstof af te nemen
- Vouw de stofdoek in vieren of achten en gebruik steeds een schoon stuk.[1]
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord stofdoek staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'stofdoek' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.