arbeid
Nederlands
Woordafbreking
- ar·beid
Woordherkomst en -opbouw
- In de betekenis van ‘inspanning’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 901 [1]
- uit het Middelnederlands [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | arbeid | - |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
arbeid m
- (natuurkunde) energie die door een krachtbron geleverd wordt bij verplaatsing van een voorwerp
- Arbeid is kracht x weg
- (economie) de primaire productiefactor
- De bewindsman zei toen te vrezen dat in de toekomst voor veel mensen geen betaald werk meer is, omdat de meeste arbeid straks wellicht door robots of machines wordt verricht. [3]
- verhandelen van objecten door menselijke bewegingen op een welbepaalde locatie
Verwante begrippen
Hyponiemen
|
Afgeleide begrippen
|
Uitdrukkingen en gezegden
Arbeid adelt, maar de adel arbeidt niet
- Met hard werken kun (je geld verdienen en) hogerop komen, maar de rijken doen dat niet
Vertalingen
1. energie die door een krachtbron geleverd wordt bij verplaatsing van een voorwerp
Werkwoord
vervoeging van |
---|
arbeiden |
arbeid
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van arbeiden
- Ik arbeid.
- gebiedende wijs van arbeiden
- Arbeid!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van arbeiden
- Arbeid je?
Gangbaarheid
- Het woord arbeid staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'arbeid' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen. |
Noors
Uitspraak
- Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
- IPA: / ɑɾˈbæjd /
Woordafbreking
- ar·beid
Woordherkomst en -opbouw
- Afkomstig van de Nederduitse woorden arbeit / arbet (inspanning, moeite)
Naar frequentie | 1016 |
---|
Werkwoord
arbeid
- gebiedende wijs van arbeide
enkelvoud | meervoud | |||
---|---|---|---|---|
onbepaald | bepaald | onbepaald | bepaald | |
nominatief | arbeid | arbeidet | arbeid | arbeida arbeidene |
genitief | arbeids | arbeidets | arbeids | arbeidas arbeidenes |
Afgeleide begrippen
|
|
|
Uitdrukkingen en gezegden
- arbeid som pågår
in bewerking
- arbeide så svetten hagler
werken als een paard
Nynorsk
Uitspraak
- Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
- IPA: / ɑɾˈbæjd /
Woordafbreking
- ar·beid
Woordherkomst en -opbouw
- Afkomstig van de Nederduitse woorden arbeit / arbet (inspanning, moeite)
Werkwoord
arbeid
- gebiedende wijs van arbeide
enkelvoud | meervoud | |||
---|---|---|---|---|
onbepaald | bepaald | onbepaald | bepaald | |
nominatief | arbeid | arbeidet | arbeid | arbeida |
Afgeleide begrippen
|
|
|
Verwijzingen
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.