aanbeeld

aanbeeld

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  aanbeeld    (hulp, bestand)
  • IPA: / ˈamˌbelt/
Woordafbreking
  • aan·beeld
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord aanbeeld aanbeelden
verkleinwoord aanbeeldje aanbeeldjes

Zelfstandig naamwoord

aanbeeld o [2]

  1. (techniek) (gereedschap) (metaalbewerking) het smeedblok waarop de smid het gloeiend metaal smeedt
  2. (anatomie) gehoorbeentje
  3. (meteorologie) een paddenstoelvormige wolk die zich soms boven een buienwolk ontwikkeld
Synoniemen
Meroniemen
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen
Hyponiemen
  • bankaanbeeld, handaanbeeld
Afgeleide begrippen
Uitdrukkingen en gezegden
  • Altijd op hetzelfde aanbeeld slaan ( of hameren)
steeds op dezelfde zaak terugkomen (Stoett-8 [3])
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord aanbeeld staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
63 %van de Nederlanders;
60 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.