zeilen

IJszeilen

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  zeilen    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈzɛɪlə(n)/
Woordafbreking
  • zei·len
Woordherkomst en -opbouw
  • Werkwoord afgeleid van het zelfstandignaamwoord “zeil
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
zeilen
zeilde
gezeild
zwak -d volledig

Werkwoord

zeilen

  1. (techniek) voortgestuwd worden door de druk van de wind tegen een opgehouden zeil
    • Op het strand zal weer met zeilwagens worden gezeild. 
  1. (scheepvaart) zich in een zeilboot met behulp van de wind over het water voortbewegen
    • Nog altijd is het rond de wereld zeilen een avontuurlijke onderneming. 
  1. (sport) het beoefenen van het zeilen als sport
    • Hij zeilt voor Nederland tot na de Olympische Spelen. 
  1. (sport) ketsen, een steentje met een afgeplatte vorm scherend over een wateroppervlak gooien zodat het zo vaak mogelijk stuitert
    • Zo'n ronde kiezel is niet geschikt om te zeilen. 
  1. (figuurlijk) zich bewegen als een zeilend schip
    • De gier zeilde traag rond op zijn gespreide vleugels. 
    • Door een goede voorbereiding is hij vlot door zijn examens gezeild. 
Synoniemen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Hyperoniemen
Hyponiemen
Verwante begrippen

zeil, zeilderen

Uitdrukkingen en gezegden
  • voor de wind zeilen
met de wind mee zeilen
  • tussen de klippen door zeilen
alle hindernissen omzeilen
  • de meeuw zeilt door de lucht
de meeuw zweeft door de lucht (vliegt zonder zijn vleugels te bewegen)
  • de dronkaard zeilt over straat
zwalken
  • met onbevaren volk is het slecht zeilen
met onervaren mensen kun je moeilijk samenwerken
Vertalingen
enkelvoud meervoud
naamwoord zeilen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

zeilen o

  1. (sport) een wedstrijdsport met zeilvaartuigen
    • Bij het onderdeel zeilen, staat het Nederlandse team er uitstekend voor. 
  1. het reilen en zeilen: hoe dingen gebeuren
    • Als je ergens voor het eerst gaat werken moet je eerst leren hoe het reilen en zeilen in het bedrijf gaat. 
Afgeleide begrippen
  • wedstrijdzeilen
Verwante begrippen
Vertalingen

zeilen mv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord zeil

Gangbaarheid

  • Het woord zeilen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.

Meer informatie

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.