wereld

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  wereld    (hulp, bestand)
  • IPA:
    • (Noord-Nederland): /ˈʋɪː.rɔɫt/
    • (Vlaanderen, Brabant): /ˈβ̞eː.rəɫt/
    • (Limburg): /ˈweː.ʁəlt/
Woordafbreking
  • we·reld
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘de aarde, kosmos’ voor het eerst aangetroffen in 901 [1]
  • afkomstig van:
Middelnederlands: werelt
Oudnederlands: werilt
Germaans: *weraldiz (*weraz (man) + *aldiz (leeftijd))
  • Verwant in Germaans:
West: Engels: world (Angelsaksisch: woruld), Duits: Welt, (Oudhoogduits: weralt), Fries: wrâld (Oudfries: wrald)
Noord: Zweeds: värld, ( Oudnoords: verǫld), IJslands: veröld, Faeröers: verøld
enkelvoud meervoud
naamwoord wereld werelden
verkleinwoord wereldje wereldjes

Zelfstandig naamwoord

wereld v/m

  1. de aarde
  2. de samenleving
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Uitdrukkingen en gezegden
  • De wereld in een doosje hebben
tevreden en gelukkig zijn met wat je hebt
  • De brutalen hebben de halve wereld.
wie brutaal is krijgt doorgaans meer dan dat diegene recht op heeft
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord wereld staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.