Sporangium

Het sporendoosje of sporangium (meervoud: sporangia) bestaat uit een enkele cel of uit een veelcellige structuur, waarin sporen worden gevormd. Over het algemeen worden diploïde sporangia bedoeld waar door meiose haploïde sporen worden gevormd; men spreekt dan van een meiosporangium en van meiosporen. Haploïde sporangia worden mitosporangia genoemd, omdat de sporen door mitose gevormd worden.

Rijp sporangium van een Mucor schimmelsoort

Cellen van het sporangium kunnen zich alle ontwikkelen tot sporen, of er is een buitenste laag van steriele cellen, die een sporangiumwand vormen, waarbinnen zich de sporemoedercellen bevinden.

Sporangia komen voor bij schimmels, algen, mossen, paardenstaarten en varens en zaadplanten.

Mossen

Bij mossen, levermossen en hauwmossen wordt het een sporenkapsel of sporogoon genoemd. Een sporofyt heeft altijd maar 1 sporenkapsel. Gewoonlijk zijn de sporen van gelijke grootte (isosporie), zelden zijn de mannelijke sporen kleiner en de vrouwelijk sporen groter. De sporangia zijn van gelijke grootte; dit heet isosporangiaat.

Varens

Bij varens kunnen meerdere sporendoosjes een sporenhoopje of sorus vormen. Sommige varens hebben een onderscheid in mannelijke of microsporangia en vrouwelijke of macro- of megasporangia, die respectievelijk de microsporen (mannelijk) en de macrosporen (vrouwelijk) vormen (heterosporie). Planten met een dergelijke differentiatie in sporangia heten heterosporangiaat.

Zaadplanten

Bij de zaadplanten komen vergelijkbare structuren voor. De zaadplanten zijn heterosporangiaat: er is een onderscheid tussen microsporangia en macrosporangia. De macrosporangia zijn niet zonder meer zichtbaar. Het macrosporangium heet hier nucellus, en is omgeven door een of twee integumenten (zaadvliezen). Samen vormen ze de zaadknop.

Bij bedektzadigen zijn deze weer omgeven door een vruchtblad (carpel). In de zaadknop van zaadplanten zit de nucellus (megasporangium), waaruit de embryozakmoedercel gevormd wordt.

De microsporangia komen overeen met de helmhokken van de helmknoppen. De stuifmeelkorrels zijn de microsporen. Bij de vorming van de meeldraad veranderen vier groepjes van meristematische cellen in vier stuifmeelkorrelmoederzakken. Bij de bedektzadigen worden microsporangia (stuifmeelkorrelmoederzakken) gevormd. Bij de naaktzadigen zit het microsporangium op het microsporofyl van de mannelijke kegels.

Levensvorm, groeivorm:boom · chamaefyt · eenjarige plant · epifyt · fanerofyt · geofyt · groeivorm · hapaxant · helofyt · hemikryptofyt · houtige plant · hydrofyt · kruidachtig · levensduur · levensvorm · meerjarige plant · monocarpisch · overblijvend kruid · overblijvende plant · struik · teloomtheorie · therofyt · tweejarige plant · vaste plant · waterplant
Wortel:bijwortel · centrale cilinder · diktegroei · endodermis · exodermis · luchtwortel · penwortel · pericambium · pericykel · rhizodermis · rizoïde ·secundaire diktegroei · centrale cilinder · topmeristeem · wortel · wortelhaar · wortelmutsje · zijwortel
Stengel:bast · cambium · centrale cilinder · concaulescentie · diktegroei · knoop · lenticel · metatopie · stekel · stele · stengel · tak · topmeristeem · stam · uitloper · vertakking · wortelstok
Blad:ader · blad · bladgroen · chloroplast · bladkussen · bladmoes · bladnerf · bladschede · bladschijf · bladstand · bladsteel · bladvoet · catafyl · cladoprofyllum · chlorenchym · fyllotaxis · hoofdnerf · kokertje · ligula · nerf · nervatuur · prefoliatie · ptyxis · steunblaadje · tongetje · tuitje · vernatie · zaadlob · zijnerf
Bloem, gameet, spore:androecium · androfoor · androgynofoor · anthofoor · anthere · anthotaxis · bijkelk · bloemstengel · bloeiwijze · bloemgestel · bloem · bloembodem · bloembekleedsel · bloemdek · bloemdekblad · bloemkroon · bloemstengel · bractee · calyx · carpel · carpofoor · caulis · connectivum · corolla · discus · epicalyx · filament · funiculus · gametofyt · gynoecium · gynofoor · helmbindsel · helmdraad · helmhokje · helmhokje · hoogteblad · hypanthium · hypsofyl · inflorescentie · integument · kegel · kelk · kelkblad · knopligging · kroon · kroonblad · macrospore · meeldraad · meeldraaddrager · microspore · navelstreng · nucellus · omwindsel · ovarium · ovulum · periant · perigoon · petaal · placenta · pollenbuis · receptaculum · schijf · schutblad · sepaal · sporangium · spore · sporofyl · sporophyllum · sporofyt · stamper · stamperdrager · stempel · stengel · stigma · stijl · stylopodium · stylus · strobilus · tepaal · theca · vruchtbeginsel · vruchtblad · zaadbeginsel · zaadknop · zaadknopkern · zaadknopkern · zaadlijst
Vrucht, zaad, kieming:carpel · cotyl · cryptocotylair · embryo · endosperm · epigeïsch · fanerocotylair · hypogeïsch · integument · kieming · kiemopening · kiemwit · mierenbroodje · perisperm · pluimpje · schijnvrucht · vaatmerk · vrucht · vruchtbeginsel · vruchtblad · zaad · zaadhuid · zaadlijst · zaadlob · zygote
Morfologie & anatomie:apoplast · blad · bladgroenkorrel · bladstand · bloeiwijze · bloem · boomkruin · celwand · chloroplast · collenchym · cortex · cuticula · eicel · epidermis · felleem · fellogeen · felloderm · fenologie · floëem · fytografie · gameet · gametofyt · groeivorm · haar · houtvat · huidmondje · hypodermis · intercellulair · kelk · klierhaar · bloemkroon · kurk · kurkcambium · kurkschors · levensduur · levensvorm · merg · meristeem · middenlamel · palissadeparenchym · parenchym · periderm · plantaardige cel · plastide · schors · sclereïde · sclerenchym · spermatozoïde · sponsparenchym · sporofyt · stam · steencel · stengel · stippel · symplast · tak · thallus · topmeristeem · trachee · tracheïde · tylose · vaatbundel · vacuole · vrucht · wortel · xyleem · zaad · zaadcel · zeefvat · zygote
This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.