room

Nederlands

Niet te verwarren met: rooms
Uitspraak
Woordafbreking
  • room
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘vette deel van melk’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1286 [1]
enkelvoud meervoud
naamwoord room -
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

room m

  1. de vette delen van melk waarvan boter gemaakt wordt. Room wordt, wanneer gezoet, gebruikt bij het vervaardigen van slagroom, voor het decoreren van gebak en bij het vullen van bonbons
Verwante begrippen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Werkwoord

vervoeging van
romen

room

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van romen
    • Ik room. 
  2. gebiedende wijs van romen
    • Room! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van romen
    • Room je? 

Gangbaarheid

  • Het woord room staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

Engels

Zelfstandig naamwoord

room

  1. kamer
  2. ruimte, plek
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.