res

Afrikaans
enkelvoud meervoud
naamwoord res reste

Zelfstandig naamwoord

res

  1. rest, overblijfsel


Catalaans

Voornaamwoord

res

  1. niets
  2. (in negatieve zinnen) iets
Uitdrukkingen en gezegden
  • no passa res
het geeft niets, het is niet erg


Latijn

Zelfstandig naamwoord

rēs v

  1. zaak, ding
Afgeleide begrippen
  • res pecuaria
  • res prosperae
  • res publica
  • res rustica
  • res secundae
Verbuiging
enkelvoud meervoud
nominatief res rēs
genitief rēi rerum
datief rēi rebus
accusatief rem rēs
vocatief res rēs
ablatief rē rebus


Occitaans

Onbepaald voornaamwoord

res

  1. niets
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.