fotografie

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • fo·to·gra·fie
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘het maken van afbeeldingen door chemische inwerking van licht’ voor het eerst aangetroffen in 1847 [1]
  • met het voorvoegsel foto- en met het achtervoegsel -grafie [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord fotografie fotografies
fotografieën
verkleinwoord fotografietje fotografietjes

Zelfstandig naamwoord

fotografie v

  1. de kunst om door chemische inwerking van licht op een gevoelige plaat afbeeldingen te maken [3]
    • Fotografie is mijn grootste hobby. 
Hyponiemen
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord fotografie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

Afrikaans

enkelvoud meervoud
naamwoord fotografie

Zelfstandig naamwoord

fotografie

  1. fotografie

Tsjechisch

Uitspraak
  • IPA: /fɔtɔgrafɪjɛ/
Woordafbreking
  • fo·to·gra·fie
Woordherkomst en -opbouw
  • Afgeleid van het Duitse Fotografie

Zelfstandig naamwoord

fotografie v

  1. fotografie
  2. foto, kiekje
  1. «Fotografie musí splňovat řadu kritérií aby byla akceptována na oficiální doklady.»
    Een foto moet aan een reeks criteria voldoen om geaccepteerd te (kunnen) worden voor officiële documenten.
Verbuiging
Synoniemen
  1. fotografování o, (spreektaal) focení o
  2. foto o, snímek m onbezield, (spreektaal) fotka v, fotečka v
Hyperoniemen
  1. výrobní postup m onbezield
  2. obraz m onbezield
Afgeleide begrippen
Typische woordcombinaties
  • barevná fotografie - kleurenfoto, kleurenfotografie
  • černobílá fotografie - zwart-witfoto, zwart-witfotografie
Verwante begrippen
  • fotografka v
  • fotopřístroj m onbezield
  • vyfotografovat perfectief

Meer informatie

Verwijzingen

    This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.