Samenstelling Tweede Kamer 1937-1946

De samenstelling van de Tweede Kamer der Staten-Generaal 1937-1946 biedt een overzicht van de Tweede Kamerleden in de periode tussen de verkiezingen op 26 mei 1937 en de verkiezingen op 17 mei 1946. De regering werd in juli 1937 gevormd door het kabinet-Colijn IV. De partijen staan in volgorde van grootte. De politici staan in alfabetische volgorde. Van 1940 tot 1945 werd de legislatuur onderbroken door de Tweede Wereldoorlog. Omdat tijdens de oorlog veel van de Tweede Kamerleden ontslag namen of kwamen te overlijden, werd er na de Tweede Wereldoorlog een Nood-parlement ingesteld.

Gekozen bij de verkiezingen van 26 mei 1937

RKSP (31 zetels)

SDAP (23 zetels)

ARP (17 zetels)

CHU (8 zetels)

VDB (6 zetels)

NSB (4 zetels)

LSP (4 zetels)

CPN (3 zetels)

SGP (2 zetels)

CDU (2 zetels)

Tussentijdse mutaties 1937-1940

RKSP

SDAP

ARP

CHU

VDB

LSP

Samenstelling van het Nood-parlement

RKSP (31 zetels)[1]

SDAP (23 zetels)[2]

ARP (17 zetels)

CHU (8 zetels)

VDB (6 zetels)

Partijloos (4 zetels)[3]

LSP (4 zetels)[7]

CPN (3 zetels)

SGP (2 zetels)

CDU (2 zetels)

Tussentijdse mutaties 1945-1946

RKSP/KVP

SDAP

CPN

Zie ook

This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.