Reiderland (landstreek)

Het Reiderland (Duits: Rheiderland) is een landstreek in het grensgebied van Nederland en Duitsland, onderdeel van de Nederlandse provincie Groningen en de Landkreis Leer in Oost-Friesland in de Duitse deelstaat Nedersaksen. In Nederland is de naam na de middeleeuwen in vergetelheid geraakt, maar opnieuw actueel geworden door de benaming van de gemeente Reiderland die bestond van 1990 tot 2009.

Kaart van de staatkundige situatie van Groningen voor 1795, met indicatie van de grenzen van het Nederlandse deel van het Reiderland in de 14e eeuw
Het Reiderland in verschillende varianten. De kaart is enigszins misleidend, doordat hij ook Scheemda, Midwolda en Oostwold, maar niet Heiligerlee en Westerlee tot het historische Reiderland rekent.

Geografie

Het middeleeuwse Reiderland omvatte aan Nederlandse kant een deel van de gemeente Oldambt, te weten de voormalige gemeenten Reiderland en Winschoten en het zuidoostelijke deel van de voormalige gemeente Scheemda (de dorpen Heiligerlee en Westerlee). Daarnaast behoorde het grootste deel van de voormalige gemeente Bellingwedde (met de dorpen Bellingwolde, Blijham en Oudeschans) tot het historische Reiderland. Hiertoe behoorde verder de Punt van Reide, nu gemeente Delfzijl. Finsterwolde hoorde oorspronkelijk niet bij het Reiderland, maar maakte wel deel uit van de gelijknamige gemeente.

Aan Duitse kant bleef de naam R(h)eiderland wel actueel. Daartoe behoren de gemeenten Bunde, Jemgum, Weener en het dorp Bingum, dat behoort tot de gemeente Leer. De noord- en oostgrens wordt gevormd door de rivier de Eems en de Eemsmonding. Tot Reiderland behoorde van oudsher ook het verdronken eiland Nesse, dat tegenwoordig deel uitmaakt van de haven van Emden.

Tussen het Nederlandse en het Duitse deel van Reiderland ligt de Dollard. Vóór het doorbreken van de Eemsdijk liep de oude kustlijn vanaf de huidige Punt van Reide in een vrijwel rechte lijn naar Emden om daarna door te lopen naar Pogum. Aan de kustlijn lagen en liggen voornamelijk wierdedorpen, zoals die nog in het Duitse Rheiderland aanwezig zijn. Verder landinwaarts lag een enorm veengebied, het Reiderwolde, waarbinnen vele veenontginningsnederzettingen lagen. Overblijfselen hiervan zijn nog steeds aanwezig.

Geografische grenzen

Vóór de overstromingen van de Dollard werd de landgrens tussen Reiderland en het landschap Oldambt bepaald door de Tjamme. Deze grens wordt uitgebreid beschreven in een tweetal verdragen met de jaartallen 1391 en 1420. Het gebied ten zuiden van de Tjamme behoorde aan Reiderland. Een andere grens was de Eems in het noorden en het oosten. De westelijke grens is niet meer bekend, maar zal onnauwkeurig zijn geweest en in het moerassige veen ten zuiden van Reide hebben gelegen. De zuidelijke grens van Reiderland wordt in het Nederlandse deel gevormd door de zuidgrens van de gemeente Winschoten en de voormalige gemeenten Blijham en Bellingwolde. Het gebied ten zuiden hiervan was het landschap Westerwolde. Westerwolde heeft nooit deel uitgemaakt van Reiderland, ondanks opvattingen uit de negentiende eeuw. De misvatting dat Westerwolde deel uitmaakte van Reiderland komt voort uit het feit dat de familie Addinga, heer van Westerwolde, tevens in het bezit was van de jurisdictie van Winschoten. Dit laatste gebied, ook wel 'Gericht van Winschoten' geheten, maakte deel uit van zowel Reiderland als Osnabrück. Vanwege dit feit komt Addinga voor in een tweetal verdragen met de jaartallen 1391 en 1420 onder de voornaamste heren van Reiderland, met als belangrijkste bezitting Westerwolde. De vijf kerspelen van Westerwolde maakten eveneens deel uit van Osnabrück.

Geschiedenis

Het Reiderland rond 1300.
Het Reiderland in de middeleeuwen, volgens de deels gefantaseerde kaart van Jacob van der Mersch, 1574.

Al vóór het begin van de jaartelling werden de wierden aan de Eems door Friezen bevolkt. In de vroege middeleeuwen zijn er enkele dorpen bij gekomen. Rond het jaar 1000 werden waarschijnlijk de eerste veenontginningsnederzettingen gesticht. Het gebied kwam tot snelle rijkdom, enerzijds door de ontginning van veen, anderzijds door de rijke weidelanden. Toen vreemde heersers in de dertiende eeuw uit Friesland verdreven waren, vormde het Reiderland - net als andere Friese gebieden - een zelfstandig rijksonmiddellijk territorium van het Heilige Roomse Rijk met een eigen rechtschrijving. Een feodale heer ontbrak.

Het Reiderland was in de late middeleeuwen een zeer welvarende handelsstreek geweest aan de Eemsmonding, totdat door een reeks overstromingen in de veertiende, vijftiende en zestiende eeuw een groot deel van het gebied aan de zee moest worden prijsgegeven. Als oorzaken worden genoemd de vetes tussen de Schieringers en Vetkopers. Veel dorpen verdwenen onder het water van de hierdoor ontstane Dollard. In de periode van de zestiende tot en met de negentiende eeuw werden grote delen van de Dollard weer door indijking als polderland teruggewonnen. In de weidse polders ontstonden de grote graanbedrijven waarom de streek bekendstaat. De Dollard is tegenwoordig een beschermd waddengebied.

Het middeleeuwse landschap Reiderland (terra reidensis) is genoemd naar de nederzetting Reide. De overblijfselen van Reide zijn te vinden op de Punt van Reide. Het achterland van Reide omvatte een groot aantal kerspelen. Het westelijke deel is toegevallen aan de stad Groningen, het oostelijke deel aan Oost-Friesland. De verdeling was al een feit in 1427 en werd geformaliseerd in 1464 met de belening van Ulrich Cirksena met het graafschap Oost-Friesland. De grens tussen beide delen werd gevormd door de Reider Ae, het vervolg van de Westerwoldse Aa en de Pekel A, en vormde in latere eeuwen de grens tussen Duitsland en Nederland. De laatste overblijfselen van het landschap zijn: de Punt van Reide, delen van de voormalige gemeente Reiderland, het Duitse Rheiderland, de Dollard en het eiland Nesse.

Kerkelijke grenzen

Het grootste deel van Reiderland behoorde tot het bisdom Münster. De zuidkant maakte - net als Westerwolde en het Emsland - deel uit van het aartsdiaconaat Friesland binnen het bisdom Osnabrück. Tot Osnabrück behoorden de kerspelen Beerta, Ulsda, Winschoten, Westerlee, Blijham, Bellingwolde, Stapelmoor en Vellage. De grens werd gevormd door het riviertje de Tjamme en liep vervolgens vanaf de noordrand van Beerta in een min of meer rechte lijn tot Rhede aan de Eems.

Kloosters in Reiderland

In Reiderland hebben vijf kloosters gestaan. Het klooster Palmaer in het verdwenen dorp Tijsweer was afgebeeld in het landszegel van Reiderland. Andere kloosters bevonden zich bij Heiligerlee, Oosterreide, Wymeer (Commanderij Dünebroek) en Jemmingen.

Bevolking

Het Reiderland staat politiek en cultureel bekend als een bijzonder gebied. Het socialisme heeft er een grote aanhang. Aan Duitse kant van de grens is de Sozialdemokratische Partei Deutschlands (SPD) sterk. Aan Nederlandse kant is een groot deel van de bevolking het communisme toegedaan; de gemeente Oldambt is een bolwerk van de Nieuwe Communistische Partij Nederland (NCPN).

In religieus opzicht was zowel het Nederlandse als het Duitse deel vanouds overwegend calvinistisch. Vooral in Duitsland is dat opmerkelijk, omdat de meeste protestanten er luthers zijn. Zowel het Oldambt als het Duitse Reiderland behoorden in de achttiende eeuw tot de bolwerken van de Nadere Reformatie. Terwijl zich echter in Nederland in de negentiende eeuw liberalisme, vrijzinnigheid en ten slotte ook vrij socialisme doorzetten, bleef men aan de Duitse zijde meer conservatief georiënteerd. De doorbraak van de sociaal-democratie begon eerst na de Tweede Wereldoorlog.

Vandaag is nog altijd 70% van de bevolking van het Duitse deel lid van de Evangelisch-reformierte Kirche, vergelijkbaar met de Nederlandse Hervormde Kerk (nu Protestantse Kerk in Nederland). In Bunde (82%) en de kleinere dorpen is dat percentage nog veel hoger. Een kleine minderheid is luthers. Katholieken zijn er nauwelijks. Aan Nederlandse kant is de bevolking daarentegen grotendeels onkerkelijk en is nog slechts een klein deel lid van een kerkgenootschap.

Door de invloed van het calvinisme en de banden met Nederland was ook in het Duitse deel het Nederlands nog tot het midden van de negentiende eeuw (in kerkelijke kringen tot ca. 1900) de belangrijkste taal. Bovendien is het Groningse/Oost-Friese dialect van het Nedersaksisch sterk beïnvloed door het Nederlands en nauw verwant met de dialecten van het Oldambt. Daardoor spraken inwoners van de Nederlandse en de Duitse kant van Reiderland vanouds min of meer dezelfde streektaal. Door de invloed van moderne massamedia zijn de dialecten na de Tweede Wereldoorlog echter sterk uit elkaar gegroeid. Het oude Rheiderlander platt is inmiddels grotendeels verdrongen door Ostfreesk platt en ook aan de Nederlandse kant van de grens vindt er een vervlakking plaats.

Trivia

  • 'Reiderland' was de naam van een strokartonfabriek in Winschoten (1914-1968). Ook was er een 'Hotel Reiderland' in Bellingwolde en bestaat er een firma 'Klokkengieterij Reiderland' te Beerta.

Zie ook

Literatuur

  • G.A. Stratingh en G.A. Venema: De Dollard. Groningen, 1855.
  • Klaus Gerdes: Die Vögel des Landkreis Leer. Schuster, Leer, 2000. ISBN 3-7963-0348-X
  • Georg Klein: Das Rheiderland. In: Deutsche Landschaften. S. Fischer, Frankfurt M 2003. ISBN 3-10-070404-5
  • Egge Knol, 'Nesserland, de meest oostelijke punt van Reiderland', in: Historisch Jaarboek Groningen (2008), p. 30-35.
  • André R. Köller: Rheiderland oder Reiderland? Risius, Weener, 2006. ISBN 3-88761-099-7
  • Helmut Kruckenberg, Matthias Bergmann: Radwandern auf der Dollard-Route. Isensee, Oldenburg, 2000. ISBN 3-89598-700-X
  • Dodo Wildvang: Das Reiderland - eine geologische, gemeinverständliche Abhandlung. Selbstverlag, Aurich, 1920. David Steen, Georg-Siegfried Jantke (red.): Das Rheiderland zwischen Ems und Dollart. Risius, Weener, 1987. ISBN 3-88761-035-0
This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.